Zie ook
Toetsen blokkeren
Opmerking: Wanneer de telefoon is vergrendeld, kunt u soms nog wel het
alarmnummer kiezen dat is geprogrammeerd in het geheugen van uw telefoon
(bijvoorbeeld 911, 112 of een ander officieel alarmnummer). Toets het
alarmnummer in en druk op
het laatste cijfer hebt ingetoetst.
•
Toetsenblokkering
om in te stellen dat naar de beveiligingscode moet worden
gevraagd wanneer u de blokkering van het toetsenblok opheft. Deze functie
biedt geen beveiliging van de telefoongegevens wanneer toegang wordt
verkregen vanuit PC Suite.
Activeer de toetsenblokkering door de beveiligingscode in te toetsen, druk op
OK
en selecteer Aan. Selecteer
Zie ook
Toetsen blokkeren
•
Celinformatie
om in te stellen dat wordt aangegeven wanneer de telefoon
wordt gebruikt in een mobiel netwerk dat op MCN (Micro Cellular Network)-
technologie is gebaseerd.
•
Welkomsttekst
om een bericht te definiëren dat kort moet worden
weergegeven wanneer de telefoon wordt ingeschakeld. Toets het bericht in en
druk op
Opslaan
om het bericht op te slaan. Als u het bericht wilt verwijderen,
drukt u op
Opties
en selecteert u Verwijderen.
•
Operatorselectie
om in te stellen dat automatisch een exploitant van een
mobiel netwerk moet worden geselecteerd die in uw regio beschikbaar is
(Automatisch) . U kunt de gewenste netwerkoperator ook handmatig
selecteren in de lijst met exploitanten (Handmatig).
Copyright
op pagina 42.
. Het nummer wordt pas weergegeven nadat u
Uit
om de toetsblokkering uit te schakelen.
op pagina 42.
©
2003 Nokia. All rights reserved.
102