Inhoudsopgave
Advertenties
6
ULTRAPATCH PRO PX3000 Gebruiksaanwijzing
3. Koppelingsproblemen
Veel apparaten in een studio koppelen is een kunst op zich en moet met de
grootste zorgvuldigheid gebeuren. Allereerst moet u aardlussen voorkomen
(een kabellus werkt als antenne voor electromagnetische stoorvelden. Bij een
boom zijn alle takken via de stam met elkaar verbonden. Op die manier moeten
de kabels in uw studio ook neergelegd worden. Haal nooit de massadraad in een
geaard snoer los om een 50 Hz-brom te elimineren; Beter is het om bij één of
meerdere audiosnoeren de afscherming los te halen.
Het is aan te bevelen om alle afschermingen/aardpunten via een centraal
aardpunt te leiden. Alle niet geaarde apparaten zijn dan via hun verbinding met
dit aardpunt geaard. Deze massacontacten moeten echter via één enkele kabel
worden gemaakt (meer dan één verbinding = brom). Bij geaarde apparaten
moeten alle afschermingen aan de apparaatzijde worden gescheiden.
Veel hoogwaardige apparaten hebben gescheiden Audio- en Netaardingen.
In dat geval moet tenminste één afscherming doorverbonden zijn. Vaak kunt u
door uitproberen achterhalen welke.
Zorg er voor dat bij het insteken de massaverbinding niet verbroken wordt.
De gebruikte patchkabels moeten zo kort mogelijk zijn en de afscherming moet
aan beide zijden verbonden zijn.
Wanneer u hopelijk alle bromproblemen heeft verholpen, kunt u de
kabelstrengen naar de patchbay gaan ordenen. Met tie-wraps, flexibele slangen
en multicore-kabels kunt u achter uw rack ordening aanbrengen.
4. Waarschuwingen
Vermijd het routeren van digitale signalen in de buurt van een patchbay
omdat de puls die voor de transmissie van deze signalen wordt gebruikt voor
zware interferentie in analoge signalen zorgt. Bovendien veranderen normale
patchbays de impedantie van de digitale kabelroute, hetgeen weer voor
interferentie in de digitale route zorgt. Gebruik de BEHRINGER ULTRAMATCH PRO
SRC2496 die specifiek voor deze en andere functies is ontworpen die betrekking
hebben op het overbrengen van digitale signalen.
Microfoon-inputs werken op een niveau dat een aantal ordes van grootte
lager ligt dan line niveau's (+4 dBu of -10 dBV). Daarom dienen ze nooit via
een patchbay te worden geleid. In elk geval dient het insteken van een veld
met +48 V DC (fantoom-stroom) in de patchbay, hoe dan ook vermeden
te worden. Het beste is, microfoons direct in het mengpaneel in te steken,
of via speciale XLR-muurcontactdozen die verbonden zijn met de mic inputs
van het mengpaneel door middel van kwalitatief goede symmetrische
meeraderige kabels.
5. Audioverbindingen
Balanced ¼" TRS connector
strain relief clamp
sleeve
ring
tip
sleeve
ground/shield
ring
cold (-ve)
tip
hot (+ve)
For connection of balanced and unbalanced plugs,
ring and sleeve have to be bridged at the stereo plug.
Afb. 5.1: 6,3-mm-stereoklinkerstekker
Unbalanced ¼" TS connector
strain relief clamp
sleeve
tip
sleeve
(ground/shield)
tip
(signal)
Afb. 5.2: 6,3-mm-monoklinkerstekker
6. Specificaties
Connectoren
Afmetingen
Gewicht
De Fa. BEHRINGER streeft altijd naar de hoogste kwaliteit en voert eventuele verbeteringen zonder voorafgaande
aankondiging door. Specificaties en uiterlijke kenmerken kunnen daarom van de genoemde specificaties of van
de afbeeldingen van het product afwijken.
6,3-mm-stereoklinkerstekker,
symmetrisch
ca. 482,6 x 44,5 x 93 mm
ca. 1,8 kg
Advertenties
Inhoudsopgave
