Druk op deze toets om de ventilatiesnelheid van de binnenunit te wijzingen, in de volgorde zoals
hieronder weergegeven:
In de ontvochtigingsmodus (DRY) zal de ventilatorsnelheid in de lage stand gezet worden.
(3). Aanpassing temperatuur
Zoals weergegeven in Fig.3.4:
Gebruik de pijltjestoetsen.
▲: Om de temperatuur te verhogen;
▼: Om de temperatuur te verlagen.
(Iedere druk op "▲" of "▼", zal de temperatuur met 1°С verhogen of verlagen.)
Opmerking: Vergrendelfunctie: Druk "▲" en "▼" gelijktijdig en gedurende 5 seconden in. Het
display geeft "EE" weer en alle bedieningsfuncties zullen vergrendeld worden. Druk nogmaals
gelijktijdig en gedurende 5 seconden "▲" en "▼" in om de vergrendelfunctie uit te schakelen.
Indien de vergrendelfunctie door middel van de geavanceerde wandbediening is geactiveerd,
zullen de toetsen op de eenvoudige wandbediening eveneens afgeschermd worden. Het display
geeft hierbij "CC" weer. De instelbare temperatuurrange staat hieronder weergegeven:
Verwarmen -------- 16~30°С
Koelen -------- 16~30°С
Ontvochtigen -------- 16~30°С
Ventileren -------- De temperatuur kan niet ingesteld worden.
Automatisch -------- De temperatuur kan niet ingesteld worden.
Laag
Midden
Fig.3.4
Aan/Uit Cassette Airconditioner
Hoog
Auto
9