9 Installatie
9.3
Aansluiten van de elektrische
bedrading
9.3.1
Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten
van elektrische bedrading
INFORMATIE
Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de
volgende hoofdstukken:
▪ Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de
veiligheid
▪ Voorbereiding
WAARSCHUWING
Alle lokale bedrading en componenten MOETEN worden
geïnstalleerd door een erkend elektricien en MOETEN
voldoen aan de geldende wetgeving.
VOORZICHTIG
Bij het aansluiten van de gebruikersinterface op de
binnenunit
mogen
transmissiebedrading
aangesloten zijn.
OPMERKING
De aansluitbedrading is NIET meegeleverd.
OPMERKING
De bedrading moet weg van de bedrading van de
voedingskabels worden geleid om elektrische storingen
(externe interferentie) te voorkomen.
INFORMATIE
P1 en P2 hebben geen polariteit.
9.3.2
Elektrische bedrading aansluiten
Sluit de P1/P2-klemmen van de gebruikersinterface aan op de P1/
P2-klemmen van de binnenunit.
Langs de bovenkant
Langs de achterkant
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
10
de
schakelkast
en
van
de
binnenunit
nog
niet
P1P2
P1P2
Langs links
Langs de onderkant
de
P1P2
9.4
Gebruikersinterface sluiten
9.4.1
Voorzorgsmaatregelen bij het sluiten van
de gebruikersinterface
VOORZICHTIG
Raak de interne delen van de gebruikersinterface nooit
aan.
VOORZICHTIG
Let er bij het sluiten van de gebruikersinterface op dat de
bedrading niet geklemd geraakt.
OPMERKING
Om schade te voorkomen moet de voorkant van de
gebruikersinterface stevig in de achterste behuizing
worden geklikt.
9.4.2
Gebruikersinterface sluiten
1 Klik de voorkant van de gebruikersinterface vast in de achterste
behuizing.
P1P2
BRC1HHDAW+BRC1HHDAS+BRC1HHDAK
Human Comfort Interface
4P534402-1 – 2018.06