De scherpstelling controleren
U kunt het gebied vergroten dat zich in een opgenomen beeld binnen het
AF Frame bevindt, of het gebied van een gedetecteerd gezicht, om de
scherpstelling te controleren.
Druk op de knop l en ga naar
de controleweergave voor de
scherpstelling
Er verschijnt een wit kader waar het
AF-kader of het gezicht zich bevond
toen de scherpstelling werd ingesteld.
Een grijs kader verschijnt rond een
gezicht dat tijdens de weergave wordt
herkend.
Het gebied binnen het oranje kader
wordt vergroot weergegeven.
Schakel tussen kaders.
Duw de zoomknop één keer naar k.
●
Het scherm links wordt weergegeven.
Druk op m om naar een ander frame
●
te gaan wanneer er meerdere frames
worden weergegeven.
Wijzig het vergrotingsniveau
of de -locatie.
●
Wijzig de grootte van de weergave met
behulp van de zoomknop, en gebruik de
knoppen opqr om de weergavepositie
te wijzigen terwijl u de scherpstelling
controleert.
Druk op de knop n om terug te gaan
●
naar stap 1.
(p. 45)
109