De printer onderhouden
Bepaalde taken moeten regelmatig worden uitgevoerd om een optimale afdrukkwaliteit te behouden.
Buitenkant van de printer reinigen
1
Controleer of de printer is uitgeschakeld en dat de stekker van het netsnoer uit het stopcontact is getrokken.
Let op: trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact en maak alle kabels los van de printer
voordat u doorgaat om elektrische schokken te voorkomen.
2
Verwijder het papier uit de papiersteun en de papieruitvoerlade.
3
Maak een schone, pluisvrije doek vochtig met water.
Waarschuwing: Gebruik geen huishoudelijke schoonmaakmiddelen of afwasmiddelen. Deze kunnen het
oppervlak van de printer beschadigen.
4
Veeg alleen de buitenkant van de printer schoon. Verwijder hierbij eventuele inktresten die zijn achtergebleven
op de papieruitvoerlade.
Waarschuwing: als u een vochtige doek gebruikt om de binnenkant van de printer te reinigen, kan de printer
beschadigd raken.
5
Zorg ervoor dat de papiersteun en papieruitvoerlade droog zijn voordat u een nieuwe afdruktaak start.
Supplies bewaren
Bewaar supplies in een koele, schone ruimte. Supplies moeten altijd rechtop in de originele verpakking worden
bewaard tot het moment waarop ze worden gebruikt.
Stel de printersupplies niet bloot aan:
•
direct zonlicht;
•
temperaturen boven 35 °C;
•
hoge vochtigheidsgraad (boven 80%);
•
zilte lucht;
•
corroderende gassen;
•
grote hoeveelheden stof.
Zuinig omgaan met supplies
U kunt op het bedieningspaneel bepaalde instellingen wijzigen om toner en papier te besparen. Raadpleeg voor
meer informatie de menu's Supplies, Kwaliteit en Afwerking.
Wilt u meerdere exemplaren afdrukken, dan kunt u supplies besparen door het eerste exemplaar af te drukken, dit
eerst te controleren en daarna pas de rest af te drukken. U weet dan zeker dat alle afdrukken correct zijn.
129