Tekst ingeven
Bij het ingeven van tekst kunt u verschillende
tekstinvoerstanden gebruiken:
• Houd [ ] ingedrukt om te schakelen tussen
de T9- en de ABC-stand.
• Druk op [ ] om te wisselen tussen hoofdletters
en kleine letters of om naar de cijferstand
te gaan.
• Houd [ ] ingedrukt om naar de symboolstand
te gaan.
Tekst kan worden ingegeven in een van de
volgende standen:
Stand
Functie
Druk op de desbetreffende
ABC
alfanumerieke toets tot het gewenste
teken op het display wordt weergegeven.
26
Stand
Functie
1. Druk op de desbetreffende
alfanumerieke toets om in één keer
een heel woord in te geven.
2. Als het woord juist wordt
T9
weergegeven, drukt u op [ ] om een
spatie in te voegen. Als het juiste
woord niet wordt weergegeven,
selecteert u een ander woord in
de lijst die wordt weergegeven.
Druk op de desbetreffende
Nummer
alfanumerieke toets om een cijfer
in te geven.
Druk op de desbetreffende
Symbool
alfanumerieke toets om een symbool
te selecteren.