SLEUF BEGINNEN:
Als de graafarm bij het neerlaten terugbotst, laat de arm dan meer geleidelijk neer. Laat de machine
tijdens het neerlaten van de arm wat richting bestuurder rijden om het terugbotsen te verminderen.
Pas de snelheid waarmee u de graafarm neerlaat zoals nodig aan volgens de bodemomstandigheden.
Overbelast de motor niet. Als de motor begint te stotteren of de graafketting vertraagt, til de graafarm
dan op tot de snelheid toeneemt en laat de graafarm dan langzaam weer neer.
Probeer de graafarm niet sneller in de bodem te duwen dan de graafketting materiaal kan
verwijderen.
1. Laat de machine altijd op een vlakke ondergrond geparkeerd achter.
WAARSCHUWING: Parkeer niet op een helling. Zet de machine op een
vlakke ondergrond en trek de parkeerrem aan. De parkeerrem bevindt
zich achter de motor van de linkerrupsband, waar deze sticker kleeft.
Duw de hendel omlaag om de rem aan te trekken.
2. Laat de graafarm neer tot op de grond, behalve als de machine op een
trailer staat.
3. Laat de motor STATIONAIR draaien.
4. Zet de STARTSLEUTEL in de OFF-positie om de motor stil te leggen en haal de sleutel uit het
contact.
5. Sluit de BRANDSTOF-AFSLUITKLEP. Zoniet kan er brandstof in de cilinder en het carter
lekken. Schade die hier het gevolg van is, valt NIET onder de motorgarantie.
Leg de motor stil en laat hem afkoelen voor u tankt.
WAARSCHUWING: Brandstofdampen kunnen vuur vatten of exploderen. Rook niet en maak geen
vuur of vonken in de buurt van de machine.
Raak de motor, uitlaat en hydraulische componenten niet aan voor ze afgekoeld
zijn.
WAARSCHUWING: De uitlaat en motor worden warm genoeg om ernstige
brandwonden te veroorzaken. Laat de motor, uitlaat en hydraulische
vloeistof voor uw eigen veiligheid en die van anderen volledig afkoelen
voor u reinigings- of onderhoudswerken uitvoert.
20RTK – 23RTK BEDIENINGSHANDLEIDING
TIPS SLEUVEN GRAVEN
STILLEGPROCEDURE
VERSIE 8/12/15
Pagina 13 van 25