3
1
LTNLPER000016A
LTNLPER000017A + LTNLPER000018A
LTNLPER000019a
LTNLPER000019A + LTNLPER000020A
LTNLPER000021A
LTNLPER000023A + LTNLPER000024A + LTNLPER000025b
5
4
2
1,5 ... 2 bar
230 V
LTNLPER000022A
Ontlucht de cv-installatie als volgt:
• ontlucht eerst de laagst gelegen radiator en werk vervolgens
naar de hoogst gelegen radiator;
• houd een doek bij de ontluchtingskraan, draai de kraan met
een sleutel open en laat lucht langzaam ontsnappen;
• wacht tot er water (zonder sputteren) uit de ontluchtings-
kraan komt en draai de ontluchtingskraan dicht;
Let op! Het water kan nog heet zijn.
• controleer na het ontluchten of de waterdruk in de cv-instal-
latie nog voldoende is; vul water bij als dit nodig is; zie
par.5.1;
• steek de stekker in het stopcontact; de ketel start
automatisch op. De ketel doorloopt nu een ontluch-
tingscyclus van ca. 2 minuten, daarna gaat de ketel in
normaal bedrijf. Zie par. 3.2 voor de betekenis van de
codes in het display.
• stel de kamerthermostaat in op de gewenste tempera-
tuur en draai radiatorkranen dicht in die ruimten die
niet hoeven te worden verwarmd.
17