3
MDC gebruiken
Hoe de weergave-eigenschappen worden weergegeven wanneer er meerdere schermen
worden gebruikt
1
Wanneer er geen scherm is geselecteerd: de standaardwaarde wordt weergegeven.
2
Wanneer er één scherm is geselecteerd: de instellingen voor het geselecteerde scherm worden
weergegeven.
3
Wanneer er twee schermen zijn geselecteerd (bijvoorbeeld in de volgorde ID 1 en ID 3): de
instellingen voor ID 1 worden weergegeven voor de instellingen voor ID 3.
4
Wanneer het selectievakje All+Select is ingeschakeld en alle schermen zijn geselecteerd: de
standaardinstellingen worden weergegeven.
91
3 MDC gebruiken