3
MDC gebruiken
Opties
Dynamic Contrast
Hiermee past u de optie Dynamic Contrast van het geselecteerde weergaveapparaat aan.
Gamma Control
Hiermee wijzigt u de gammawaarde van het geselecteerde weergaveapparaat.
Auto Motion Plus
Deze optie wordt gebruikt voor dynamische beelden.
Off: Hiermee schakelt u de functie Auto Motion Plus uit.
Clear: Hiermee zet u het niveau van Auto Motion Plus op helder. Deze modus wordt gebruikt voor
de weergave van levendige beelden.
Standard: Hiermee zet u het niveau van Auto Motion Plus op standaard.
Smooth : Hiermee zet u het niveau van Auto Motion Plus op vloeiend. Deze modus wordt gebruikt
voor de weergave van vloeiende beelden.
Custom: Hiermee past u het niveau van de scherminbranding of flikkering aan.
Demo: Hiermee wordt de techniek achter Auto Motion Plus gedemonstreerd. Links in het venster
ziet u een voorbeeld van het resultaat van een wijziging van de modus.
Auto Motion Plus is mogelijk niet beschikbaar (afhankelijk van het product).
Brightness Sensor
Hiermee schakelt u de functie Brightness Sensor van het geselecteerde weergaveapparaat in en uit.
Brightness Sensor detecteert de intensiteit van het omgevingslicht en past automatisch de helderheid
van het scherm aan.
Brightness Sensor is mogelijk niet beschikbaar (afhankelijk van het product).
71
3 MDC gebruiken