Inhoudsopgave
Advertenties
Figuur 62. De antennes aansluiten
Figuur 63. Het plaatje van de Wi-Fi-kaart installeren
8. Plaats de verwijderde onderdelen terug. Zie 'Vervangen van de onderdelen voltooien' op pagina 49 om
de vervanging te voltooien.
De systeemplaat en het koelvinblok vervangen
Attentie: Maak uw computer niet open of probeer deze niet te repareren voordat u de Handleiding met
belangrijke productinformatie hebt gelezen.
1. Verwijder alle media uit de stations en schakel alle aangesloten apparatuur uit en zet vervolgens de
computer uit. Koppel alle netsnoeren los van het stopcontact en koppel alle kabels los van de computer.
2. Leg een schone zachte doek op het werkblad. Neem de computer aan de zijkanten beet en leg hem
voorzichtig neer waarbij computerkap naar beneden ligt en het scherm naar boven.
3. Verwijder de basis van de beeldschermsteun voor alleen kantelen. Zie 'De basis van de
beeldschermsteun voor alleen kantelen vervangen' op pagina 17.
4. Verwijder de voorklep. Zie 'De voorklep verwijderen' op pagina 17.
5. Verwijder de beeldschermsteun voor alleen kantelen. Zie 'De beeldschermsteun voor alleen kantelen
vervangen' op pagina 19.
6. Verwijder de systeemplaatbescherming. Zie 'De systeemplaatbescherming vervangen' op pagina 27.
7. Verwijder het M.2-opslagstation. Zie 'Het M.2-opslagstation vervangen' op pagina 32.
8. Verwijder de geheugenmodule. Zie 'De geheugenmodule vervangen' op pagina 34.
9. Verwijder de Wi-Fi-kaart. Zie 'De Wi-Fi-kaart vervangen' op pagina 35.
10. Noteer de kabelgeleiding en de kabelaansluitingen op de achterplaat en koppel vervolgens alle kabels
van de systeemplaat los. Zie 'Systeemplaat' op pagina 3.
11. Verwijder de systeemplaat en het koelvinblok.
.
Hoofdstuk 4
Hardware vervangen
39
Advertenties
Inhoudsopgave
