60
Telefoon
Spraakopdrachten zijn niet afhankelijk van de stem van de spreker. Opdrachten
worden automatisch door uw telefoon gemaakt.
Wanneer u contacten toevoegt of spraakopdrachten bewerkt, moet u geen zeer korte
of sterk op elkaar lijkende namen gebruiken voor verschillende contacten of
opdrachten.
Opmerking: Het gebruik van spraaklabels kan moeilijkheden opleveren in een
drukke omgeving of tijdens een noodgeval. Voorkom dus onder alle omstandigheden
dat u uitsluitend van spraaklabels afhankelijk bent.
Wanneer u spraakgestuurd bellen gebruikt, wordt de luidspreker gebruikt. Houd de
telefoon iets van u af wanneer u de spraakopdracht geeft.
1
Houd op het startscherm de beltoets ingedrukt. Als er een compatibele
hoofdtelefoon met hoofdtelefoontoets is aangesloten, houdt u deze toets
ingedrukt.
2
U hoort een korte toon en de tekst
de naam die u voor het contact hebt opgeslagen.
3
De telefoon speelt in de geselecteerde telefoontaal een samengestelde
spraakopdracht af voor het herkende contact, en de naam en het nummer worden
weergegeven. Als u spraakgestuurde nummerkeuze wilt annuleren, selecteert u
Stoppen.
Een spraakopdracht voor een contact beluisteren
1
Selecteer een contact en
2
Selecteer een contactgegeven.
Als voor een naam verschillende nummers zijn opgeslagen, kunt u ook de naam en
het nummertype noemen, zoals mobiel of telefoon.
Het laatst gekozen nummer bellen
Probeert u iemand te bellen, maar neemt diegene niet op? U kunt het eenvoudig
opnieuw proberen. In het oproeplogboek kunt u meer informatie zien over de
oproepen die u hebt geplaatst en ontvangen.
Druk op het startscherm op de beltoets en selecteer vervolgens het nummer of het
contact.
Een telefoongesprek opnemen
U kunt uw telefoongesprekken opnemen.
1
Selecteer tijdens een spraakoproep
vervolgens
>
> Recorder.
Spreek nu
wordt weergegeven. Noem duidelijk
Details
spraaklabel.
Ga naar startscherm
>
en selecteer