b. Open de kranen volledig nadat u ze hebt
aangesloten om te controleren op water-
lekken op de aansluitingspunten. Als u
lekken vaststelt, moet u de kraan dicht
draaien en de moer verwijderen. Contro-
leer de pakking en draai de moer op-
nieuw zorgvuldig aan. Houd de kranen
van het product dicht als het niet wordt
gebruikt om waterlekkage en daaruit
voortvloeiende schade te voorkomen.
4.5 De afvoerslang aansluiten op
de afvoer
a. Bevestig het uiteinde van de afvoerslang
rechtstreeks op de afvoerwaterslang,
wastafel of badkuip.
Uw woning kan onderstromen als de
afvoerslang loskomt tijdens de af-
voer van het water. Er bestaat een
brandrisico door te hoge wastempe-
raturen. Om dergelijke situaties te
voorkomen en ervoor te zorgen dat
het product probleemloos water
aan- en afvoert, moet u de af-
voerslang veilig bevestigen.
b. Sluit de afvoerslang aan op minimaal 40
cm en maximaal 100 cm hoogte.
c. Als de waterafvoerslang op vloerniveau of
dichtbij de vloer (40 cm of lager) wordt
gemonteerd en daarna verhoogd kan de
waterafvoer moeilijker verlopen en kan
het wasgoed zeer nat uit de machine ko-
men. Volg daarom de hoogtes die in de
afbeelding staan vermeld.
d. te voorkomen dat afvoerwater terug-
stroomt in het product en om een vlotte
afvoer te garanderen, mag u het uiteinde
van de slang niet onderdompelen in het
afvoerwater of meer dan 15 cm in de af-
voer steken. Als het te lang is, moet u het
inkorten.
e. Het uiteinde van de slang mag niet wor-
den gebogen, men mag er niet op stap-
pen en de slang mag niet gekneld raken
tussen de afvoer en het product. Zo niet
kunt u problemen ondervinden met de
waterafvoer.
f. Als de slang te kort is, gebruik deze door
een originele verlengslang toe te voegen.
De totale lengte van de slang mag niet
meer zijn dan 3,2 m. Om waterlekken te
voorkomen, moet u de aansluiting tussen
de verlengslang en de afvoerslang van
het product beveiligen met een geschikte
klem zodat ze niet los kan komen en lek-
ken veroorzaken.
4.6 De poten afstellen
BERICHT
Ten einde ervoor te zorgen dat uw
machine stiller en zonder trillingen
werkt, moet deze waterpas en in
evenwicht op zijn poten staan. Zorg
ervoor dat de machine waterpas
staat door de poten te verstellen. Zo
niet kan het product bewegen en
problemen veroorzaken door ver-
pletteringen, lawaai en trillingen.
Om schade aan de borgmoeren te
voorkomen, mag u geen gereed-
schap gebruiken om de moeren los
te draaien.
NL / 14