NL
Kamertemp.Inst
- met deze functie kan in de kamer waarin de kachel is geïnstalleerd de gewenste
kamertemperatuur ingesteld worden van een minimum van 5°C tot een maximum van 35°C. Als deze temperatuur
wordt bereikt, zal de kachel overgaan tot een minimum verbruik (vlam en ventilatorsnelheid warme lucht op
het minimum). Als de temperatuur onder de ingestelde drempel daalt zal de kachel opnieuw de ingestelde
temperatuur proberen te bereiken (zie ).
NB: Het punt rechts van de kamertemperatuur op de display (rechtsboven) van het bedieningspaneel duidt de
halve graad aan (bv. 23.° stemt overeen met 23.5°C).
Snelheid Conv. Vent.1 - met deze functie kan de snelheid van de kamerventilators gekozen worden van 1 tot 5
of A . A betenkent automatisch, de ventilatie volgt het vermogen, aanbevolen instelling (zie Fig. 53 a pag. 30).
Snelheid Conv. Vent. 2 - met deze functie kan de snelheid van de KANALISERINGSVENTILATORS gekozen worden van 1
tot 5 of A . A betenkent automatisch, de ventilatie volgt het vermogen, aanbevolen instelling (zie Fig. 54 a pag. 30).
Fig. 53 - Display
Met de functie "1" of "2" of "3" of "4" of "5" wordt de ventilator verplicht altijd op het geselecteerde vermogen te
draaien. (Voorbeeld: als "2" ingesteld wordt, zal de ventilator ook op vermogen 5 draaien alsof hij op vermogen
"2" stond, enz...).
Als het vermogen op het maximum staat (vermogen 5) met de ventilatoren op het minimum
(vermogen 1), kan oververhitting van de kachel ontstaan en het alarm "WARMTE VEILIGHE"
in werking treden.
Comfort Mode - deze functie maakt het mogelijk de ventilatoren te activeren - deactiveren op het vermogen 1.
Vlam - met deze functie kan het vermogen van de vlam ingesteld worden van 1 tot 5. De vermogenniveaus
stemmen overeen met een verschillend verbruik van de brandstof. Dor 5 in te stellen zal de kamer op kortere tijd
opgewarmd worden. Door 1 in te stellen blijft de temperatuur in de kamer een langere tijd constant. De set vlam
wordt automatisch op het minimum ingesteld wanneer de ingestelde temperatuur is bereikt.
Als enkel een streepje wordt weergegeven, is de kachel in het vermogen vlam 1.
Als 5 streepjes verschijnen, is de kachel in vlamvermogen 5.
Als de streepjes knipperen is echter een automatische reiniging in uitvoering.
Fig. 55 - Display
13.12
GEPROGRAMMEERDE MODUS (TIMER) - HOOFDMENU
De instelling van de huidige dag en tijd is fundamenteel voor de correcte werking van de
timer.
Er kunnen zes TIMER-programma's ingesteld worden en de gebruiker kan voor ieder het tijdstip van inschakeling
30
Fig. 52 - Display
WALL
Fig. 54 - Display
Fig. 56 - Vermogenniveaus
PLUS - LEAN
PLUS - MOON - TILE
3
3
PLUS
3