Waterstop
De toevoerslang is voorzien van een waterstop,
een beveiligingsvoorziening tegen schade veroor-
zaakt door waterlekkage die kan ontstaan door
natuurlijke slijtage van de slang. Deze storing
wordt aangegeven door een rood vlak in venster
"A" . Indien dit gebeurt, de kraan dichtdraaien
en contact opnemen met de Klantenservice om
de slang te laten vervangen.
Waterafvoer
Het uiteinde van de afvoerslang kan op drie manieren worden geplaatst:
1. Over de rand van een gootsteen; gebruik hiervoor de bij de machine geleverde
slanggeleider van kunststof.
Zorg er in dit geval voor dat het uiteinde niet van de rand kan losschieten als de was-
automaat aan het leeglopen is.
U kunt de slang met een stuk touw aan
de kraan vastbinden of aan de wand be-
vestigen.
2. In een aftakking van een gootsteen-
afvoer. De aftakking dient zich boven de
sifon te bevinden, zodat de bocht zich
ten minste 60 cm boven de grond bevindt.
3. Rechtstreeks in een afvoerpijp op een
hoogte van niet minder dan 60 cm en
niet meer dan 90 cm.
Het einde van de afvoerslang moet altijd ge-
ventileerd zijn, d.w.z. dat de binnendiameter
van de afvoerpijp groter moet zijn dan de bui-
tendiameter van de afvoerslang.
De afvoerslang mag niet geknikt zijn.
35
Montage
A