Knoppen op het voorpaneel
4
1
2
3
Standby/On
1
Hiermee kunt u het apparaat in de standbystand brengen (aangegeven
door een zwak oplichtend aan/uit-lampje) of inschakelen (aangegeven
door een helder brandend aan/uit-lampje). De stand-bystand is een
milieuvriendelijke modus, waarbij het stroomverbruik minder dan één
watt bedraagt. Dit apparaat is ontworpen om veilig achter te laten in de
Stand-bystand, wanneer het niet wordt gebruikt.
Phones (Koptelefoons)
2
Hier kunt u de koptelefoons aansluiten met een stekker van ¼".
We bevelen koptelefoons aan met een impedantie tussen 32 en 600
Ohm. Wanneer de koptelefoons is aangesloten wordt het luidsprekerrelais
vrijgegeven waardoor de uitvoer naar de luidsprekers wordt uitgeschakeld
(luidsprekers A en B).
Infraroodsensor
3
Ontvangt de infraroodcommando's van de geleverde Azur-afstands-
bediening. Hiervoor is een vrije, onbelemmerde lijn nodig tussen de
afstandsbediening en de sensor.
4
Protection (Bescherming)
Het LED knippert om aan te geven dat het beveiligingssysteem CAP5 is
geactiveerd. Zie het hoofdstuk over CAP5 voor meer informatie.
Speaker LEDs (LED-lampjes luidspreker)
5
Het weergavelampje toont welke luidsprekeraansluitingen geselecteerd
zijn. De geselecteerde luidsprekeraansluitingen kunnen worden gewijzigd
door middel van de afstandsbediening.
Direct
6
Deze functie geeft het audiosignaal een directer pad naar het
vermogensonderdeel van uw versterker, waarbij de bedieningscircuits
van lage en hoge tonen worden omzeild voor een zo puur mogelijke
geluidskwaliteit..
Bass en Treble
7
Met deze regelknoppen kan de tonale balans van het geluid subtiel
worden aangepast. In de middenpositie hebben deze regelknoppen geen
invloed. Ze modificeren uw geluid alleen via uw luidsprekers en de Pre-
Outaansluitingen en hebben geen invloed op de signalen die worden
verzonden door de Tape Out-aansluitingen. Met een goed geproduceerde
cd en een goed systeem is de toonregeling onnodig. Deze kan worden
uitgeschakeld door de schakelaar 'Direct'. Indien de muziekopname
van slechte kwaliteit is of andere factoren invloed hebben op de
geluidskwaliteit, kan het noodzakelijk zijn de toonregelknoppen in te
stellen om te compenseren.
58
5
6
7
8
9
10
Volume
8
Dit gebruikt u om het geluidsniveau van de uitgangen van de versterker
te verhogen of verlagen. Deze regelknop heeft invloed op het volume dat
uit de luidsprekers, de voorversterkeruitgang en de hoofdtelefoon komt.
De regelknop heeft geen invloed op de Tape Out aansluitingen. Wij raden
u aan de volumeknop helemaal naar links te draaien voordat u de
versterker aanzet.
Balance (Balans)
9
Met deze knop kunt u de relatieve uitgangsniveaus van de linker- en
rechterkanaal aanpassen. In de middenpositie is de uitvoer bij ieder
kanaal gelijk. Deze regelknop past alleen het geluid aan dat uit de
luidsprekers en de Pre-Out aansluitingen komt, de knop heeft geen
invloed op de signalen die via de Tape Out aansluitingen worden
verzonden.
mp3-input
10
Deze broningang maakt het mogelijk een draagbare audiospeler aan te
sluiten, zoals een mp3-speler. U kunt deze op het achterpaneel aansluiten
in de Phono/RCA-input (gemarkeerd met 'mp3') of op het voorpaneel in
de 3,5mm stereo-jackingang (gemarkeerd met 'mp3 In').
Druk op de knop MP3 op het voorpaneel om de ingang te selecteren, of
plaats een apparaat in de aansluiting op het voorpaneel waardoor de
input automatisch wordt geselecteerd en die boven de Phono/RCA-
aansluitingen op het achterpaneel gaat.
Let op: Hoewel de mp3-ingang automatisch wordt geselecteerd door een
apparaat aan te sluiten op het voorpaneel, kunt u nog steeds andere
ingangen selecteren wanneer dit apparaat is aangesloten. Als u dit wenst
kunt u een apparaat altijd aangesloten laten op het voorpaneel.
11
CD, Tuner/DAB, DVD, Aux
Druk op de desbetreffende toets om de juiste ingang te selecteren voor
de broncomponent waar u naar wilt luisteren. Het geselecteerde signaal
wordt ook naar de Tape Out aansluitingen gevoerd zodat het kan worden
opgenomen. De invoer mag tijdens het opnemen niet worden veranderd
(maar het opgenomen signaal kan worden gecontroleerd door gebruik te
maken van de Tape Monitor).
Tape Monitor
12
Met deze knop kunt u luisteren naar het uitgangssignaal van een
cassettedeck of een signaalprocessor die is aangesloten op de Tape
In/Rec Out aansluitingen van de versterker. Wanneer u Tape Monitor
selecteert, wordt de broncomponent, gekozen door middel van de
knoppen ingangsselectie, nog steeds doorgestuurd naar de Rec Out-
aansluitingen voor opname of verwerking.
11
12