Vooraanzicht
(1) bedieningspaneel
Gebruik het bedieningspaneel om de printerinstellingen te wijzigen of de printer te bedienen. Wordt
automatisch geopend wanneer de printer met afdrukken start.
Bedieningspaneel
(2) documentklep
Open deze klep als u een origineel op de glasplaat wilt plaatsen.
(3) klepje over invoersleuf
Voorkomt dat er iets in de invoersleuf valt.
Open de klep om de papiergeleiders te verschuiven en sluit deze voordat u gaat afdrukken.
(4) papiersteun
Trek deze steun uit als u papier in de achterste lade plaatst.
(5) klep van achterste lade
Open de klep om papier in de achterste lade te plaatsen.
(6) achterste lade
Plaats hier papier. Er kunnen twee of meer vellen papier van hetzelfde formaat en type tegelijk worden
geplaatst. Het papier wordt automatisch met één vel tegelijk ingevoerd.
Papier plaatsen in de achterste lade
Enveloppen plaatsen
(7) papiergeleiders
Schuif beide geleiders tegen beide zijden van de stapel papier aan.
128