Pagina 1
Security Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker Versie 2.1, 10/2006...
Pagina 2
Andere in dit document gebruikte handelsnamen kunnen handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken zijn van de fabrikanten of leveranciers van de betreffende producten. Software van GE die met producten van GE wordt geleverd, is auteursrechtelijk beschermd en Softwarelicentie hierop wordt gebruiksrecht verleend. Het gebruik en verveelvoudigen van de software is alleen toegestaan volgens de bepalingen van de licentie.
Inhoud Welkom ................................5 Hoe is uw systeem geprogrammeerd?........................5 De tekst op het display ..............................5 Het uitschakelen van het systeem..........................5 Het Advisor MASTER bediendeel ........................6 Het ATS111x bediendeel ..............................6 Het ATS110x bediendeel ..............................7 Het LCD-display...................................8 De LED’s....................................8 Screensaver...................................9 Gebruikersidentificatie...........................10 Dwang ................................12 Optie Deuren openen .............................13 Inschakelen van uw systeem........................14 Uitschakelen van uw systeem ........................16...
Pagina 4
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker 23. Ontgrendel, vergrendel, blokkeer en deblokkeer deuren ..............61 24. Historie afdrukken ............................62 Programmeerbladen ............................63 Lijst met gebruikers – Menu-optie 14......................64 Lijst met deurgroepen – Menu-optie 20......................65 Lijst met etagegroepen – Menu-optie 20....................66 Lijst met vakantiedagen – Menu-optie 20 ....................67 Lijst met alarmgroepen (Door installateur te vermelden details) ............68 Lijst met tijdzones (Door installateur te vermelden details)..............69 Woordenlijst..............................70...
De gebruikte terminologie voor het beschrijven van de diverse onderdelen van u te beveiligen object of beveiligingssysteem is speciaal voor uw organisatie ontwikkeld en geprogrammeerd. Het uitschakelen van het systeem Het is belangrijk dat u uw systeem regelmatig test om er zeker van te zijn dat alle geïnstalleerde apparatuur naar behoren werkt.
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker Het Advisor MASTER bediendeel Figure 1. Het ATS111x bediendeel Het ATS111x bediendeel • Geven de status van de voedingsspanning, storingen en alarmen van het systeem weer. Systeem LED’s Gebieden LED’s • Geven aan welke gebieden zijn ingeschakeld of waar een alarm is opgetreden. •...
Figure 2. Het ATS110x bediendeel Het ATS110x bediendeel • Worden gebruikt voor het invoeren van alfanumerieke informatie. 0 – 9 • Wordt gebruikt om na het invoeren van uw PIN-code het systeem in te schakelen. ON (=Aan) (Gebruikersinterfaces zonder een LCD display hebben een ‘#’ als ON-toets.) •...
[ENTER] toets. Uw systeem toont misschien, indien dit zo geprogrammeerd is, een aangepaste boodschap of de actuele tijd/datum in plaats van de hierboven getoonde boodschap. Bijvoorbeeld: GE Security Code: 16:54 12/04/2004 Code: De LED’s De LED’s op het Advisor MASTER-bediendeel, tezamen met de informatie op het display stellen u in staat...
alarm in een UITGESCHAKELD gebied Knippert wanneer een alarm is opgetreden in een uitgeschakeld gebied. 24 UUR alarm Knippert wanneer een alarm is opgetreden in een gebied waarin een ingang is geprogrammeerd als zijnde 24-uur alarm. alarm in een INGESCHAKELD gebied Knippert wanneer een alarm is opgetreden in een ingeschakeld gebied.
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker Gebruikersidentificatie Alle gebruikers van Advisor MASTER-systeem hebben een PIN-code en/of een kaart nodig. De PIN-code bestaat uit 4 tot 10 cijfers en is uniek voor elke gebruiker. Het is een combinatie van cijfers tussen 0 en 9. De PIN-code is geprogrammeerd om een gebruiker bevoegdheid voor specifieke taken te geven, zoals het in- en uitschakelen van het systeem.
Pagina 11
Gebruik van een PIN-code: Wanneer u een PIN-code invoert op het bediendeel van de Advisor MASTER, wordt elke ingedrukte toets op het display met een ‘*’ weergegeven. Als u een onjuiste PIN-code invoert, of een code/kaart is ongeldig voor een bepaalde gebruikersinterface, zal het bediendeel snel achter elkaar zeven pieptonen laten horen.
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker Dwang De dwangfunctie activeert een stil alarm om beveiligingspersoneel te waarschuwen. Wanneer u bijvoorbeeld onder bedreiging wordt gedwongen de systeem veiligheid te overtreden (bijv. om onder bedreiging het systeem uit te schakelen) maakt deze functie dat mogelijk maar verstuurt hierbij tegelijkertijd een onmerkbaar signaal (stil alarm) dat dit onder dwang gebeurt.
Optie Deuren openen Een Advisor MASTER-bediendeel, kaartlezer of combinatie van beide kan gebruikt worden voor het openen van deuren door een deurcode in te voeren. Uw deurcode is geassocieerd met uw PIN-code. Het hangt ervan af of uw PIN-code geprogrammeerd is voor autorisatie tot het in-/uitschakelen van uw systeem als ook voor het openen van deuren.
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker Inschakelen van uw systeem Wanneer kunt u inschakelen Het te beveiligen object, of gebieden daarin, worden ingeschakeld op een moment dat daar niemand meer aanwezig is. Wanneer zich een ongewenste gebeurtenis voordoet, zoals het geforceerd openen van een deur, wordt er een alarm gegenereerd.
Pagina 15
Wel weergeven van gebiedenlijst: Indien de aan uw PIN-code toegewezen gebieden worden weergegeven, zullen alle daarvan uitgeschakelde gebieden in de lijst komen. Bijv.: 0-Alle 1, Kantoor 2, Directie 3, Werkplaats Geef gebied: 5. U heeft vier opties: Optie Actie Resultaat Inschakelen van alle gebieden Druk op 0 en dan [ENTER].
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker Uitschakelen van uw systeem Wanneer uitschakelen Als het gebied dat u wilt betreden ingeschakeld is, dient u het alarmsysteem eerst uit te schakelen, anders zou u een alarm veroorzaken. De rode gebieden LED’s op het bediendeel geven aan welke gebieden ingeschakeld zijn.
Pagina 17
Optie Actie Resultaat Uitschakelen van alle gebieden Toets 0 in en dan [ENTER]. Alle gebieden worden tegelijk uitgeschakeld; terugkeer naar het oorspronkelijke display. Uitschakelen van afzonderlijke gebieden Voer een gebiednummer in en Geselecteerde gebieden worden druk dan op [ENTER]. uitgeschakeld. Als er meer ingeschakelde gebieden zijn, dan worden deze getoond.
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker Verstoorde ingangen (tijden inschakelen) U kunt een gebied niet inschakelen (of uitschakelen, als uw systeem daarvoor geprogrammeerd is) tenzij alle ingangen van dat gebied in de normale status zijn, terwijl een verstoorde ingang normaal gesproken een alarm zou veroorzaken.
Alarmtypes Er worden in het Advisor Master-systeem drie alarmtypes gebruikt. 1. Lokaal alarm 2. Alarm 3. Systeemalarm Lokaal alarm • Dit wordt gegenereerd wanneer er iemand een ingang verstoord in een gebied dat uitgeschakeld is. Voorbeeld: er zijn ingangen met een 24-uurs beveiliging verstoord of er is een branddeur geopend.
Pagina 20
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker 2. Systeemalarm zonder houdfunctie Het systeemalarm wordt automatisch hersteld wanneer de oorzaak van het alarm is verholpen. De procedure voor het identificeren de bijzonderheden van systeemalarmen is dezelfde zoals die is beschreven voor "Alarmen". In het geval dat u systeem is voorzien van een spraakmodule kan de doormelding van een systeemalarm worden gestopt door gebruik te maken van menu 7 Servicemenu, menu-optie "Stop Spraak Doormelding"...
Wat te doen wanneer er een alarm is Wanneer er een alarm is, knippert op het bediendeel de rode LED van het betreffende gebied. Indien de screensaver is geactiveerd zal deze LED pas gaan knipperen na het ingeven van een geldige code. De tijd en datum boodschap wordt niet langer getoond.
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker Herstellen van een ingang in alarm • De rode LED van het betreffende gebied knippert op het bediendeel. • De sirenes zijn (indien geprogrammeerd) actief, • Wanneer er een alarm is, verdwijnt de tekst "Er zijn geen alarmen in dit gebied" of de tijd/datum van het display.
Opvragen lijst alarmgebeurtenissen Deze lijst geeft snel een overzicht van de alarmhistorie. Hierin kunt u snel en gemakkelijk zien waar alarmen zijn opgetreden. Deze informatie is nuttig wanneer u een alarm heeft hersteld zonder eerst de oorzaak ervan te hebben nagegaan. Opvragen overzicht van alarmgebeurtenissen 1.
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker Het Advisor MASTER-bediendeel De Advisor MASTER heeft een menu met 24 opties voor het uitvoeren van diverse functies. Sommige van die functies zijn specifiek voor bepaalde installaties, terwijl u voor andere misschien geen autorisatie heeft. Het is daarom goed mogelijk dat u niet alle menu-opties ziet wanneer u het menu oproept, maar alleen diegene welke voor u beschikbaar zijn volgens de programmering van uw PIN-code.
1. Paneelstatus Gebruik deze functie voor een overzicht van alle ingangen waar een alarm, een systeemalarm of een sabotage-alarm is opgetreden, of welke overbrugd of verstoord zijn. Er zijn menu-opties beschikbaar voor het afzonderlijk weergeven van al deze condities. Deze optie kan echter ook gebruikt worden voor het controleren van alle ingangen welke daarvoor in aanmerking komen.
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker 2. Verstoorde ingangen Gebruik deze functie voor het tonen van een overzicht van alle ingangen welke verstoord zijn, bijv. ten gevolge van het openen van een deur. Een overzicht tonen van alle verstoorde ingangen 1. Roep menu-optie 2 op. Wat er getoond wordt, hangt af van de aanwezigheid van verstoorde ingangen: Geen verstoorde ingangen Wel verstoorde ingangen...
Verlaten Druk op [ENTER]. De menu-optie wordt verlaten Sabotage-alarmen worden geïdentificeerd met een T vóór het ingangsnummer. Zie ook: Alarmtypes - pagina 19; Menu-optie 1, Paneelstatus - pagina 25; Wat te doen in geval van alarm op pagina 21.
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker 4. Overbrugde ingangen Gebruik deze functie voor het tonen van een overzicht van alle overbrugde ingangen. U overbrugt een ingang om deze tijdelijk uit te sluiten van het beveiligingssysteem wanneer deze defect is. Dit voorkomt dat deze ingang een alarm veroorzaakt. Gebruik deze functie om na te gaan welke ingangen niet naar behoren functioneren en waarnaar speciaal gekeken moet worden.
5. Historie Gebruik deze functie voor het tonen van een overzicht van gebeurtenissen welke zich in het verleden in het systeem hebben voorgedaan, waaronder alarmen, oproepen van het menu, enz. U kunt voorgekomen gebeurtenissen bekijken zoals het tijdstip van plaatsvinden alarm, het herstellen van een alarm en wie dat deed, het tijdstip van uitschakeling van het systeem in de ochtend, enz.
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker *14:46 27/06 ALARM ingang 4 PIR in kantoor directie 1-Sn, 8-Vd, 0-Ex De DVMRe zal automatisch een mozaïekscherm tonen en een "zoek en weergave" commando versturen naar de DVMRe om de opgenomen beelden behorende bij het tijdstip van de gebeurtenis op te zoeken en weer te geven.
6. Testrapport Gebruik deze functie voor het weergeven van resultaten van de uitschakeltest of de inschakeltest. Uitschakel testrapport: Uit de testrapportage dient te blijken of specifieke ingangen en camera’s naar behoren werken. De ingangen dienen opgenomen te zijn in de test, en werken bij uitgeschakelde gebieden.
Pagina 32
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker Optie Actie De ingangsnaam volledig tonen. Toets het gebiednummer in en dan [ENTER]. Het overzicht van ingangen verversen en de eventuele overige ingangen in Druk op [NEXT]. de lijst tonen. Als het ingangen testrapport wordt weergegeven; indien van toepassing, ook Druk op [ENTER].
7. Servicemenu Gebruik deze functie om een servicebeurt aan te vragen, of telefonisch een verbinding te maken met de installateur zodat deze via het telefoonnet en middels de management software de programmering kan wijzigen, of sommige systeemfuncties kan testen. Er zijn tien opties zijn beschikbaar. Tabel 1: Servicemenu-opties Optie nr Optienaam...
Pagina 34
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker Optie Procedure 1. Aanvraag Toets 1 en dan [ENTER]. Het display toont: Servicemonteur 1-Bevestig aanvraag servicemonteur 0-Einde, Menu: Het controlepaneel verzendt een aanvraag "Service aangevraagd" naar de particuliere alarmcentrale. Druk dan op: • 1 en [ENTER] om de aanvraag voor de servicetechnicus te bevestigen of: •...
Pagina 35
7. Sirene test Met deze optie activeert u de interne sirene voor 3 seconden, gevolgd door de externe sirene voor 3 seconden, en als laatste het flitslicht voor 10 seconden. Toets 7 en dan [ENTER]. Het display toont: 1-Bevestig sirene test 0-Einde, Menu: Druk dan op: •...
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker 8. Filmtellers Gebruik deze functie om van elke beveiligingscamera de huidige stand van de teller van het aantal filmbeelden weer te geven. Als u een logging bijhoudt van het aantal filmbeelden, zal deze aangeven of de camera’s actief zijn geweest sinds hun vorige inspectie.
9. Lijst met ingangsnamen Gebruik deze functie voor het weergeven van ingangsnamen (teksten welke ingangen beschrijven) in uw systeem. Weergeven van de ingangsnamen 1. Roep menu-optie 9 op. Ingangen kunnen op twee verschillende manieren worden weergegeven: Eén tegelijk Bijv.: Ingang 1, Deur Achterzijde Ingangnr: Als een lijst van Bijv.:...
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker 10. Overbrug ingang Gebruik deze functie voor het overbruggen van ingangen om deze tijdelijk uit te sluiten van het systeem. Een ingang kan worden overbrugd waneer deze defect is (of ook wel: verstoord). Door deze te overbruggen voorkomt u dat hij een alarm genereert, totdat hij gerepareerd is.
11. Uit overbrugging ingang Gebruik deze functie voor het opheffen van de overbrugging van ingangen en deze zo weer aan het systeem toe te voegen. Hef geen overbrugging op alvorens de omstandigheden van de ingang te hebben gecontroleerd, omdat het opheffen van de overbrugging van een defecte ingang een alarm kan veroorzaken. Uit overbrugging van een ingang 1.
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker 12. Test ingang Gebruik deze optie voor het testen van de juiste werking van individuele ingangen. Testen van een ingang 1. Roep menu-optie 12 op. Het display toont: Test individuele ingang: Ingangnr: 2. Toets het ingangsnummer in en dan [ENTER] of druk op [ENTER] om dit display te verlaten terug te keren naar het menu.
13. Start Auto uitschakeltest Voer met deze functie een automatische uitschakeltest uit. Starten van de uitschakeltest 1. Roep menu-optie 13 op. Het display toont: UIT test, NEXT voor niet getest 0-Opheffen: 2. Druk op • [NEXT] om de ongeteste ingangen weer te geven, of •...
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker 14. Programmeren gebruikers Belangrijk: Een gebruiker met een alarmgroep waarin de optie "Wijzig alleen eigen PIN" is geactiveerd kan alleen zijn eigen PIN-code wijzigen in deze menu-optie. Volg onderstaande procedure indien deze optie is geselecteerd. Ga naar de sectie "Programmeren van gebruikers"...
Bij het programmeren van kaarten is het gebruikersnummer het ID-nummer dat op een kaart wordt geprogrammeerd. Uitzonderingen: • Als in uw systeem gebruikt wordt gemaakt van een kaart-offset. • Als uw systeem gebruik maakt van een speciale geheugenmode. (IUM-Intelligent User Module).
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker Naar het gebruikersmenu gaan indien twee gebruikers vereist zijn 1. Roep menu-optie 14 op. Als uw systeem twee gebruikers vereist voor toegang tot deze optie, dan toont het display: Geef tweede code Code: 2. Voer de PIN-code van de tweede gebruiker in. 3.
Pagina 45
Bijv.: Deurgroep: 2 Toets ENTER 4. Druk op [ENTER]. Het display toont de etagegroep van de gebruiker. Bijv.: Etagegroep: 1 Toets ENTER 5. Druk op [ENTER]. Als uw systeem is geprogrammeerd voor het toekennen van speciale gebruikersvlaggen aan gebruikers zullen deze nu in volgorde te zien zijn op het display. Zie sectie "Aanmaken (en wijzigen) van een gebruiker" voor details m.b.t.
Pagina 46
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker Het display toont de alarmgroep van de gebruiker. Bijv.: *-Lijst, Alm Grp:1-Geen toegang Alarmgroep: 3. Kies een van de volgende opties: Optie Actie Selecteren van het nummer van de alarmgroep dat aan deze Toets het alarmgroep nummer in en dan [ENTER] gebruiker wordt toegewezen.
Pagina 47
Tabel 2: De gebruikersvlaggen: Indien deze op JA staat, zal de gebruiker altijd een tweede geldige code/kaart dienen in te voeren om Dubbele validatie alarm- en toegangscontrole functies te kunnen uitvoeren bij deur 17 t/m 64. Bewaker Indien deze op JA staat, geeft de gebruikerscode/kaart alleen toegangsautorisatie bij deur 17 t/m 64 in combinatie met een code/kaart van een bezoeker.
Pagina 48
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker Bijv.: Ja –Lange toegang * - Wijzig 0 - Sprng 8. Is het door u ingevoerde gebruikersnummer groter dan 1000, dan zijn alle beschikbare opties geprogrammeerd en het display zal terugkeren naar stap 1. Als het systeem zodanig is geprogrammeerd dat voor de gebruikers geen naam hoeft te worden ingevoerd, of als u een gebruikersnummer groter dan 200 heeft ingevoerd, ga dan meteen door naar stap 10.
Wacht op kaart: *-Historie Biedt een nieuwe kaart aan op de lezer om deze toe te wijzen aan de gebruiker of druk op [MENU*] om een kaart te selecteren welke al reeds was aangeboden op de "Kaart Inleer Lezer" en in de historie staat. Het eerste nummer in deze historie is de minst recente aangeboden kaart.
Pagina 50
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker Figure 3. Layout van bediendeel voor invoer van tekst Toets Toets ‘ " Toets & £ Toets ¿ ¡ ¤ < > § Toets ¥ ¢ (sp = space) Zie ook: Gebruikersidentificatie op pagina 10. Belangrijk: Denk er altijd aan uw lijst van gebruikers bij te werken wanneer er wijzigingen zijn aangebracht.
15. Tijd en Datum Gebruik deze functie voor het invoeren van een nieuwe tijd en datum. De tijd en de datum is zichtbaar op het display wanneer er geen alarm, geen fout condities worden getoond of er geen speciale tekst is geprogrammeerd. Alle interne functies zijn afhankelijk van een correcte tijd en datum instelling.
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker 5. Voer de juiste dag van de maand (2 cijfers) in en druk dan op [ENTER] Het display toont: Tijd uu:mm:ss dd/mm/jjjj Xxxdag Maand: 6. Voer de juiste maand (2 cijfers) in en druk dan op [ENTER] Het display toont: Tijd uu:mm:ss dd/mm/jjjj Xxxdag Jaar:...
Pagina 53
6. Druk op [ENTER], [ENTER] om de maand-optie op te roepen. 5- Laatste zondag, Maand 00 Eind maand 7. Voer het maandnummer in wanneer de tijd verandert van zomer- in wintertijd en druk op [ENTER], [ENTER]. Het invoeren van de zomert/wintertijd is klaar. Aanpassen van de interne klok voor tijdcorrecties.
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker 16. Overbrug/Uit overbrugging GI/DI Gebruik deze functie voor het overbruggen van gebruikersinterfaces (GI’s) en data-interfaces (DI’s). Hierdoor worden storing en sabotage meldingen (systeemalarmen) van een GI of een DI naar het beveiligingssysteem geblokkeerd. Deze functie wordt gebruikt als een GI of een DI een systeemalarm gegenereerd heeft, buiten bedrijf is en overbrugd dient te worden terwijl het op onderhoud of reparatie wacht.
17. Deblokkeer/Blokkeer servicemonteur Gebruik deze functie voor het activeren en deactiveren van de code van de servicetechnicus. Deze optie wordt gebruikt wanneer een servicetechnicus alleen toegang mag krijgen wanneer deze optie door een gebruiker geactiveerd is. Activeren/deactiveren code servicetechnicus 1. Roep menu-optie 17 op. Het display toont: 0-Opheffen, 1-Service aanwezig Optie:...
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker 18. Reset camera’s Gebruik deze functie voor het terugzetten van de filmbeeldteller van camera’s naar nul of willekeurige andere stand. Dit wordt gedaan na het verwisselen van de film in een camera. Resetten van cameratellers 1. Roep menu-optie 18 op. Het display toont: Reset filmtellers voor camera 0-Alle...
20. Deur- en etagegroepen Gebruik deze functie voor het selecteren en programmeren van deur- en etagegroepen. Elke deurgroep bevat een lijst van alle deuren (64 stuks) en de tijdzone voor elke deur in deze groep. Elke etagegroep bevat een lijst van alle etages (64 stuks) en de tijdzone voor elke etage in deze groep. Toegang wordt alleen binnen deze tijdzones verleend.
Pagina 58
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker 2. Het display toont: Bijv.: EtageGrp 1 E1-00 E2-00 E3-** E4-** Geef Etage: Voer het etagenummer (bijv. 3) in en druk op [ENTER] om naar het volgende display te gaan, of druk op [ENTER] om terug te keren naar het vorige display ("Etagegroepen"). 3.
21. Vakanties Registreer met deze functie de vakantiedagen datums. De hier geregistreerde vakantiedagen kunnen gebruikt worden in combinatie met tijdzones voor het bepalen van de toegang van bijvoorbeeld personeel dat op normale werkdagen wordt toegelaten, maar de toegang wordt ontzegd op werkdagen welke als vakantiedagen zijn aangemerkt.
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker 22. Openen deur Gebruik deze functie voor het openen van een deur waarvoor u geautoriseerd bent via het LCD gebruikersinterface. Deuren openen via gebruikersinterface 1. Roep menu-optie 22 op. Het display toont: Open deur Deurnr: 2. Toets het nummer in van de te openen deur in en druk dan op [ENTER], of druk alleen op [ENTER] om terug te keren naar het menu.
23. Ontgrendel, vergrendel, blokkeer en deblokkeer deuren Gebruik deze functie voor het ontgrendelen, vergrendelen, blokkeren of deblokkeren van een deur waarvoor u geautoriseerd bent via het LCD gebruikersinterface. Deze functie kan alleen gebruikt worden voor deuren met nummers tussen 17 tot en met 64, d.w.z. deuren welke aangestuurd worden door 4-deurs controllers.
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker 24. Historie afdrukken Gebruik deze functie om het controlepaneel te instrueren voor het afdrukken van de volledige systeemhistorie met de gebeurtenissen vanaf het vorige commando ‘Historie afdrukken’ (maximaal 200 gebeurtenissen met een standaardgeheugen of 2000 gebeurtenissen met een uitgebreid geheugen). Afdrukken van de volledige systeemhistorie 1.
Programmeerbladen Gebruik de nu volgende pagina’s om details vast te leggen van relevante programmeringen voor uw systeem met betrekking tot: 1. Menu-optie 14 - Gebruikers. 2. Menu-optie 20 - Deurgroepen. 3. Menu-optie 20 - Etagegroepen 4. Menu-optie 21 - Vakantiedagen 5.
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker Lijst met gebruikers – Menu-optie 14 Gebruik deze pagina voor het vastleggen van details van de gebruikers welke relevant zijn voor uw systeem. Door een potlood te gebruiken bij het invullen van deze gegevens kunt u verouderde gegevens gemakkelijk uitwissen en de informatie up-to-date en compact houden.
Lijst met deurgroepen – Menu-optie 20 Deurgroep Nr: Deurgroep Nr: Deur Tijd Deur Tijd Deur Tijd Deur Tijd zone: zone: zone: zone: * = Uitgeschakeld * = Uitgeschakeld...
Lijst met vakantiedagen – Menu-optie 20 Vakantiedag Nr: Nummer Datum Maand Jaar Vakantiedag Nr: Nummer Datum Maand Jaar Vakantiedag Nr: Nummer Datum Maand Jaar Nummer Datum Vakantiedag Nr: Maand Jaar Nummer Datum Vakantiedag Nr: Maand Jaar Nummer Datum Vakantiedag Nr: Maand Jaar Vakantiedag Nr: Nummer...
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker Lijst met alarmgroepen (Door installateur te vermelden details) Nummer Naam Samenvatting van functie: Nummer Naam Samenvatting van functie: Nummer Naam Samenvatting van functie: Nummer Naam Samenvatting van functie: Nummer Naam Samenvatting van functie: Nummer Naam Samenvatting van functie:...
Lijst met tijdzones (Door installateur te vermelden details) Tijdzonenummer Start Einde Dagen: ZO/MA/DI/WO/DO/VR/ZA/VAK Start Einde Dagen: ZO/MA/DI/WO/DO/VR/ZA/VAK Start Einde Dagen: ZO/MA/DI/WO/DO/VR/ZA/VAK Start Einde Dagen: ZO/MA/DI/WO/DO/VR/ZA/VAK Start Einde Dagen: ZO/MA/DI/WO/DO/VR/ZA/VAK Start Einde Dagen: ZO/MA/DI/WO/DO/VR/ZA/VAK Start Einde Dagen: ZO/MA/DI/WO/DO/VR/ZA/VAK Start Einde Dagen: ZO/MA/DI/WO/DO/VR/ZA/VAK Start Einde...
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker Woordenlijst Toegangscontrole De controle op het binnengaan en verlaten van een beveiligd gebied. Verstoord Zie Normaal/Actief/Sabotage/Geblokkeerd De toestand van een beveiligingssysteem wanneer een op een ingang aangesloten detector Alarm wordt verstoord, terwijl het gebied een status heeft waarin zo’n verstoring gesignaleerd dient te worden.
Pagina 71
Bijvoorbeeld: voor het automatisch in- en uitschakelen van gebieden en het openen van deuren. Gebruiker Iedereen die gebruik maakt van het Advisor MASTER-systeem. Gebruikers worden door het Advisor MASTER-systeem geïdentificeerd met een uniek nummer, dat geassocieerd is met de PIN-code van de gebruiker. Ingang Een elektronische signaalingang van een beveiligingsapparaat (PIR-detector, deurcontact) op het Advisor MASTER-systeem.
ATS Controlepaneel Handleiding Hoofdgebruiker Index Advisor MASTER menu’s ontgrendelen via gebruikersinterface, verbinding leggen met externe activeren/deactiveren onderhoudsdienst, 33 onderhoudstechnicus, 55 openen met een PIN-code, 13 Onderhoudstechnicus afdrukken historie, 62 openen via gebruikersinterface, 60 activeren/deactiveren, 55 blokkeren/deblokkeren GI/DI, 54 uitschakelen via gebruikersinterface, Openen van deuren deur- en etagegroepen, 57 gebruik van een PIN-code, 13...