Helderheid aanpassen
■ U kunt deze functie gebruiken als u de helderheid van het scherm moet aanpassen.
Gebruik werkingsmodus SELF CLEAN
■ De werkingsmodus SELF CLEAN dient te worden uitgevoerd nadat AUTO, COOL en DRY zijn gebruikt om vocht uit het apparaat te verwijderen om de
groei van schimmel en bacteriën onder controle te houden. (Ook wanneer gestopt door de TIMER)
1
Selecteer het menu voor aanpassen van de
helderheid door op de MENU-schakelaar te drukken.
2
Selecteer de helderheid door op de knop "
(TEMP/TIMER)" te drukken.
100 %
(Origineel)
3
Druk op de knop ON/OFF.
1
Selecteer de werkingsmodus SELF CLEAN via de
MENU-schakelaar.
2
Selecteer SELF CLEAN door op de knop " of
(TEMP/TIMER)" te drukken.
(SELF CLEAN uit)
3
Druk op de knop ON/OFF.
OPMERKING
Twee uur later stopt de airconditioner de bedrijfsmodus SELF CLEAN
vanzelf. Om de airconditioner onmiddellijk te stoppen, drukt u op de aan-/
uitknop.
Werkingsmodus SELF CLEAN kan niet worden gebruikt na de modi
HEAT, FAN, OFF TIMER, SLEEP en ALLERGEN CLEAR.
De ventilator van het binnenapparaat draait ongeveer twee uur in de
werkingsmodus SELF CLEAN.
Het RUN lampje brandt tijdens de SELF CLEAN reinigingsprocedure
(3 seconden aan, 1 seconde uit).
Als u op de SLEEP-toets, de ALLERGEN CLEAR-toets of de NIGHT
SETBACK-toets drukt tijdens de SELF CLEAN-modus wordt de SELF
CLEAN-modus geannuleerd en wordt het apparaat vervolgens ingesteld
op de SLEEP-, ALLERGEN CLEAR- of NIGHT SETBACK-modus.
Dit is geen functie voor het verwijderen van schimmel, bacteriën of vuil
dat zich al op het apparaat heeft afgezet.
NL-24
of
50 %
0 %
(Uitgeschakeld)
(SELF CLEAN aan)