Nr.
Instelling
Eenheid
11
14
dagen
12
0
sec
13
0
sec
14
20
Opmerking: Voor de overige configuratie instellingen neemt u contact op met de Honeywell Home Infolijn.
12 Storingen
12.1 Foutcodes
Foutcode
LED
1)
2)
1
Zone 1
2
Zone 2
3
Zone 3
4
Zone 4
5
Zone 5
6
Zone 6
7
Ketel
8
Ketel
9
Koelvraag
10
Voeding
11
Voeding
12
Voeding
13
Voeding
14
Voeding
1) De foutcode wordt op alle aanwezige Honeywell Home OpenTherm thermostaten getoond
2) De LED knippert
3) Alleen indien de optionele HCS20-C koelmodule i.c.m. vochtdetectieschakelaar aanwezig is
12.2 Storingen oplossen
Storing
Bij het inschakelen van de
netspanning gaat de LED niet
branden.
Ruimtes worden niet verwarmd
resp. niet gekoeld.
Knipperend LED.
Een ruimte wordt verkeerd
geregeld.
12
Omschrijving
Pomp + klep bescherming.
Instelling tegen het vast gaan zitten van de pomp of kleppen bij langdurige uitschakeling,
bijv. tijdens de zomer.
Klepsturing (dicht) vertraging.
Vertragingstijd voordat de zoneklep wordt dicht gestuurd.
Klepsturing min. aantijd.
Minimale periodetijd klepsturing.
°C
Min. aanvoerwater temperatuur
Omschrijving
Geen communicatie meer met thermostaat van zone 1
Geen communicatie meer met thermostaat van zone 2
Geen communicatie meer met thermostaat van zone 3
Geen communicatie meer met thermostaat van zone 4
Geen communicatie meer met thermostaat van zone 5
Geen communicatie meer met thermostaat van zone 6
Geen OpenTherm communicatie meer met OpenTherm ketel
Ketel meldt een fout
Er is sprake van condensatie
3)
De buitentemperatuuropnemer is defect
De aanvoertemperatuuropnemer is defect
De vochtigheidsschakelaar is defect
Er is meer dan één leidende thermostaat met het systeem verbonden
Er is een aan/uit ketel aangesloten en er wordt gebruikgemaakt van OTC (Outdoor
Temperature Compensation), maar er is geen aanvoerwatertemperatuur opnemer.
Oorzaak/oplossing
Er is geen netspanning.
Controleer de spanning op de wandcontactdoos.
Controleer de zekering van de zoneregelaar.
• Controleer verwarming en aanvoertemperatuur.
• Controleer dat het type van de thermische motoren correct is ingesteld.
• Controleer de zekering van de zoneregelaar.
Bij defecte zekering:
• Controleer de thermische motoren op kortsluiting.
• Vervang de zekering.
Zie tabel met foutcodes voor de oorzaak van de storing.
Controleer de temperatuurinstelling van de zonethermostaat.