Gebruikershandleiding
3. Selecteer Druk af in het menu the Bestand of een andere opdracht op het venster van de printerdriver te
openen.
Klik indien nodig op Toon details of
4. Stel het volgende in.
❏ Printer: Selecteer uw printer.
❏ Papierformaat: Selecteer het papierformaat dat u in de toepassing hebt ingesteld.
❏ Afdrukstand: Selecteer de afdrukstand die u in de toepassing hebt ingesteld.
5. Selecteer Printerinstellingen in het venstermenu.
Afdrukken
d
om het afdrukvenster te vergroten.
40