5
Plaats de luchtfilters.
Monteer het luchtfilter op de bovenste haken van het inlaatrooster.
Duw vervolgens tegen het luchtfilter zodat het vastklikt.
6
Sluit het inlaatrooster.
Breng het inlaatrooster terug in de horizontale stand en trek aan
de vergrendelingen tot ze vastklikken.
Vergrendelingen
7
Zet de schroeven vast.
OPMERKINGEN: Als er zich vuil op het luchtfilter verzamelt, wordt de
luchtstroom beperkt, neemt de bedrijfs-efficiency af
en neemt het lawaai toe.
Na langdurig niet-gebruik van de unit
Als u de binnen-unit gedurende 1 maand of langer niet gebruikt, laat de
unit dan een halve dag lang werken in de stand Ventileren, zodat interne
onderdelen grondig drogen, voordat u de normale bewerking uitvoert.
Aanvullende inspectie
Na een lange gebruiksperiode kan het stof dat zich in de binnen-unit
heeft verzameld, de prestaties van het product doen afnemen, zelfs
als u het apparaat hebt onderhouden met dagelijkse onderhouds- of
reinigingsprocedures als beschreven in deze handleiding.
In dat geval wordt een productinspectie aanbevolen.
Neem voor meer informatie contact op met geautoriseerd personeel.
Reset van de filterindicator (Speciale instelling)
Deze functie kan worden gebruikt als deze op juiste wijze is ingesteld
bij de installatie. Vraag aan geautoriseerd servicepersoneel advies over
het gebruik van deze functie.
1. Maak het luchtfilter schoon wanneer de filterindicator
verschijnt.
2. Na het reinigen moet u de filterindicator resetten.
* Raadpleeg voor uitgebreide instructies over de bediening de
bedieningshandleiding van de afstandsbediening.
Schroeven
9. ALGEMENE INFORMATIE
■ Inverter
Bij inschakeling van het apparaat wordt er een grote hoeveelheid
vermogen gebruikt om de kamer snel op de gewenste temperatuur
te brengen. Het apparaat wordt vervolgens op een laag vermogen
ingesteld voor een energiebesparende en comfortabele werking.
■ Verwarmingsprestaties
Deze airconditioner werkt volgens het warmtepompprincipe, waardoor
warmte uit de lucht buiten wordt geabsorbeerd en deze warmte wordt
overgebracht naar de binneneenheid. Hierdoor zijn de prestaties minder
goed wanneer de buitentemperatuur lager wordt.
Als u vindt dt de verwarmingsprestaties onvoldoende zijn, raden wij
u aan deze airconditioner te gebruiken in combinatie met andere
verwarmingsapparatuur.
Vraag advies aan uw installateur zodat u zeker weet dat de unit de
juiste afmeting heeft voor het vertrek.
Warmtepomp-airconditioners verwarmen het gehele vertrek door de lucht
door het vertrek te laten circuleren, maar daardoor duurt het wel enige
tijd na het starten van de airconditioner dat het vertrek is verwarmd.
■ Automatische ontdooiing
Wanneer de buitentemperatuur erg laag is met een hoge
luchtvochtigheid, kan er tijdens het verwarmen ijsvorming ontstaan op
de buiten-unit, en dat kan het rendement van het product verminderen.
Voor vorstbeveiliging is deze airconditioner voorzien van een
microcomputer-gestuurde automatische ontdooifunctie.
Als ijsvorming optreedt, zal de airconditioner tijdelijk stoppen en zal het
ontdooicircuit kort werken (maximaal 15 minuten).
Als er na het verwarmen vorst wordt gevormd op de buiten-unit, zal
de buiten-unit na enkele minuten automatisch stoppen. Dan wordt de
automatische ontdooiing gestart.
Als u de functie Verwarmen instelt tijdens het automatisch ontdooien,
zal het automatisch ontdooien doorgaan. Het Verwarmen zal beginnen
nadat het ontdooien is voltooid. Dat maakt dat het enige tijd kan duren
voordat er warme lucht wordt geproduceerd.
■ Functie automatisch opnieuw opstarten
In geval van een stroomstoring
Zou de stroomvoorziening aan de airconditioner worden onderbroken
door een stroomstoring, dan start airconditioner automatisch in de
eerder geselecteerde stand, zodra de stroomvoorziening is hersteld.
■ Storingen veroorzaakt door andere
elektrische apparaten
Het gebruik van andere elektrische apparaten zoals een elektrisch
scheerapparaat of het nabije gebruik van een draadloze radiozender
kan storing van de airconditioner veroorzaken.
Als er zich een dergelijke storing voordoet, verbreek dan de aansluiting
op de stroomvoorziening een keer. Herstelde stroomvoorziening dan
weer en hervat de functie met behulp van de afstandsbediening.
■ Bereik temperatuur en luchtvochtigheid binnen-unit
Toegestane bereiken voor de temperatuur en de luchtvochtigheid zijn
de volgende:
Binnentemperatuur
Koelen/Drogen [°C]
Verwarmen
Luchtvochtigheid binnen
*1) Als de airconditioner gedurende een groot aantal uren
ononderbroken wordt gebruikt, kan er condens op het oppervlak
ontstaan en lekken.
• Als de unit wordt gebruikt onder condities buiten het toegestane
temperatuurbereik, zal de werking van de airconditioner misschien worden
onderbroken door het automatisch werkende beveiligingscircuit.
• Afhankelijk van de bedrijfscondities kan de warmtewisselaar
bevriezen, waardoor waterlekkage of een andere storing ontstaat. (in
de stand Koelen of Drogen)
18 tot 32
[°C]
16 tot 30
1)
[%]
80 of minder *
Nl-6