1. De juiste wasverzorging in acht nemen
Onderhoudssymbolen op het etiket
Drogen
normale/hogere temperatuur
lagere temperatuur:
Extra zacht kiezen (voor delicaat
wasgoed)
niet geschikt voor de droogauto‐
maat
strijken en mangelen
zeer heet
warm
warm
niet strijken/effenen
Wasverzorging met de droog‐
automaat
Lees de rubriek "Programmaover-
zicht".
Hier worden alle programma's en la‐
dingshoeveelheden aangegeven.
– Neem de maximumlading wasgoed
voor elk programma in acht. Dan is
het stroomverbruik voor de hele la‐
ding het gunstigst.
– Bij halve belading kunt u de optie
Hoeveelheidherkenning kiezen.
– Kies een droogtegraad naar wens,
bijvoorbeeld . . .
. . . Kastdroog + wanneer u het was‐
goed na het drogen wilt opvouwen
en opbergen.
. . . Mangelvochtig, wanneer u het
wasgoed na het drogen wilt bewer‐
ken, bijvoorbeeld mangelen.
22
– Met dons gevuld textiel: naargelang
van de kwaliteit neigt het fijne weef‐
sel binnenin te krimpen. Dergelijk tex‐
tiel kan wel drogen in het speciale
programma Ontkreuken.
– Zuiver linnen weefsel mag u alleen
drogen zoals de fabrikant dit in het
onderhoudsetiket vermeldt. Anders
kan het weefsel "ruig" worden. Der‐
gelijk textiel kan wel worden ge‐
droogd in het speciale programma
Ontkreuken.
– Wol en gemengde weefsels die wol
bevatten, vertonen de neiging te vil‐
ten of te krimpen. Dergelijk textiel kan
wel worden gedroogd in het speciale
programma Finish Wol.
– Machinaal gebreide textielsoorten
(bijv. T-shirts, ondergoed) neigen bij
de eerste wasbeurt te krimpen. Daar‐
om: dit textiel niet te lang laten dro‐
gen. Daarmee vermijdt u dat het ver‐
der krimpt. Koop machinaal gebreid
textiel eventueel een of twee maten
groter.
– Bij bijzonder temperatuur- en kreuk‐
gevoelig wasgoed de ladingshoe‐
veelheid beperken en de optie Extra
zacht kiezen.