3.
Voer een van de volgende handelingen uit:
(a)
Als u een tonercartridge vervangt die is meegeleverd
met uw printer (ontgrendelingshendel heeft 3
standen), trekt u de gekleurde ontgrendelingshendel
op de cartridge die moet worden vervangen richting
de voorkant van de printer, in de richting van de pijl,
maar stopt u in de centrale stand (rechtop) (1).
(b)
Als u een andere tonercartridge vervangt
(ontgrendelingshendel heeft 2 standen), trekt u de
gekleurde ontgrendelingshendel (1) op de cartridge
die moet worden vervangen, naar de voorzijde van
de printer.
Verbruiksartikelen vervangen> 92
1
1