4
Inleiding
Volg deze richtlijnen om brand, elektrische schokken en andere schade te
voorkomen.
Netsnoer
Sluit de printer alleen aan op een
goedgekeurde stroombron
(220-240 V AC).
Gebruik alleen het netsnoer dat bij
de printer is geleverd.
Sluit niet te veel apparaten op het
stopcontact aan om overbelasting te
vermijden, en steek de netstekker niet
in een beschadigd stopcontact.
Snij niet in het netsnoer, beschadig het
niet, wijzig het niet en plaats er geen
zware voorwerpen op.
Batterij
Gebruik alleen het juiste type batterij
voor de printer.
Probeer de batterij niet te openen. Wijzig
ze niet, verwarm ze niet en stel ze niet
bloot aan een directe vlam, direct zonlicht
of een extreem hoge temperatuur of
vochtigheid.
Als een deel van uw lichaam in contact
komt met de inhoud van de batterij, spoel
dan onmiddellijk met water. Raadpleeg
een arts als de inhoud van de batterij
in contact komt met uw ogen of mond.
Plaats de batterij in de printer met de
plus- en minpool aan de juiste kant.
Laat de batterij niet nat worden.
Haal de batterij onmiddellijk uit de printer
wanneer ze leeg is.
Soldeer de batterij niet direct vast.
Waarschuwing
Gebruik het netsnoer niet als het
beschadigd is.
Raak het netsnoer of de netstekker niet
met natte handen aan.
Zorg ervoor dat de stekker juist in het
stopcontact zit.
Haal de netstekker uit het stopcontact
als de printer geruime tijd niet zal worden
gebruikt.
Als u een verkeerde batterij in de printer
plaatst, kan de batterij gaan lekken
of ontploffen, wat kan leiden tot brand,
letsel of schade aan de omgeving van
de printer.
Verwijder gebruikte batterijen volgens
de voorschriften.
Veroorzaak geen kortsluiting tussen
de batterijklemmen met een metalen
voorwerp.
De meegeleverde batterij is niet
herlaadbaar. Probeer de batterij niet
op te laden.
Houd de batterij buiten het bereik van
kinderen. Raadpleeg onmiddellijk een
arts als u de batterij hebt ingeslikt.
Laat de batterij niet vallen en stel ze niet
bloot aan schokken die de batterij kunnen
beschadigen.
Stel de batterij niet bloot aan ultrasone
trillingen. Deze kunnen een interne
kortsluiting veroorzaken.