Bediening van de droger
Controlelampjes
-
brandt, als u het condensreservoir
moet leeggieten.
-
brandt als u het sokkelfilter moet rei-
nigen.
- PerfectDry
Het Perfect Dry-systeem meet het
restvocht van het wasgoed in de
droogtegraadprogramma's en zorgt
zo voor een exact droogresultaat.
Het controlelampje PerfectDry
– knippert na de start van het pro-
gramma tot de programmaduur is
vastgesteld en dooft dan.
– brandt tegen het einde van het
programma wanneer de gewenste
droogtegraad is bereikt.
– brandt bij de programma's Wol,
Warme lucht/DryFresh helemaal
niet.
Sensortoets Extra behoedzaam
U kiest dit voor temperatuurgevoelig
wasgoed met het symbool . Als u de
sensortoets aanraakt, gaat Extra be-
hoedzaam fel branden.
Bij enkele programma's is Extra be-
hoedzaam altijd actief (brandt) of niet
actief (brandt niet).
20
Tijdsaanduiding
De tijdsaanduiding geeft in uren en mi-
nuten aan hoelang het programma nog
gaat duren.
De duur van de meeste programma's
kan variëren, wat tot tijdsprongen kan
leiden. Dit is onder meer afhankelijk van
de hoeveelheid en het type wasgoed en
het restvocht in het wasgoed. De elek-
tronica leert dit steeds beter herkennen
en wordt steeds nauwkeuriger.
Sensortoetsen
-
Als u de sensortoets aanraakt,
wordt een latere tijd voor de start van
het programma (voorprogrammering)
gekozen. Als u een tijdstip gekozen
heeft, gaat fel branden.
-
Door sensortoets of aan te ra-
ken, kiest u de tijd van de voorpro-
grammering of van het programma
Warme lucht/DryFresh.
Sensortoets Start/Trommel bijvul-
len
Als u de sensortoets Start/Trommel bij-
vullen aanraakt, wordt een programma
gestart. U kunt het lopende programma
onderbreken om wasgoed toe te voe-
gen. De sensortoets knippert zodra een
programma kan worden gestart. Als het
programma is gestart, brandt de sen-
sortoets voortdurend.