Opnamen met lange sluitertijd maken
(Lange sluiter)
Geef een sluitertijd van 1–15 seconden op om opnamen met een lange
sluitertijd te maken. Plaats in dit geval de camera op een statief of neem
andere maatregelen om de camera stil te houden en camerabeweging
te voorkomen.
Selecteer [N].
1
Voer stap 1 in "Specifieke scènes"
(=
2
Selecteer de sluitertijd.
Druk op de knop <m> en kies [)] in
het menu. Kies vervolgens de gewenste
sluitertijd
3
Controleer de belichting.
Druk de ontspanknop half in om de
belichting voor de door u geselecteerde
sluitertijd te bekijken.
4
Maak de opname.
•
De helderheid van het beeld kan afwijken van de helderheid van het
scherm bij stap 3 toen de ontspanknop half werd ingedrukt.
•
Als u een sluitertijd van 1,3 seconde of een langere sluitertijd
gebruikt, treedt een vertraging op voordat u opnieuw een foto
kunt maken, omdat de camera de beelden verwerkt om ruis te
voorkomen.
•
Als de flitser afgaat, kan uw foto overbelicht raken. Als dit gebeurt, stelt u de
flitser in op [!] en maakt u een nieuwe opname
Foto's
48) uit en kies [N].
(=
32).
(=
64).
Voorblad
Opmerkingen vooraf
Opmerkingen vooraf
en wettelijke informatie
en wettelijke informatie
Inhoudsopgave:
Inhoudsopgave:
basishandelingen
basishandelingen
Basishandleiding
Basishandleiding
Handleiding voor
Handleiding voor
gevorderden
gevorderden
Basishandelingen
Basishandelingen
1
van de camera
van de camera
Smart Auto-
2
modus
Andere
3
opnamemodi
4
P-modus
5
Afspeelmodus
Menu
6
Instellingen
7
Accessoires
8
Bijlage
Index
54