d WB VERSCHUIVING
WB VERSCHUIVING
d
De witbalans kan fi jn worden afgesteld. Pas de gese-
lecteerde kleuras (R–Cy=Rood-Cyaan of B-Ye=Blauw–
Geel) aan van +3 tot –3 in stappen van één.
f KLEUR
KLEUR
f
Pas de kleurdichtheid aan (HOOG/STD/LAAG).
e TOON
TOON
e
Pas het contrast aan (HARD/STD/UIT).
H SCHERPTE
SCHERPTE
H
Om aan te geven of contouren al dan niet moeten
worden verzacht (HARD/STD/UIT).
h GELUIDSREDUCTIE
GELUIDSREDUCTIE
h
Kies de hoeveelheid ruisvermindering (HOOG/STD/
LAAG).
Z GEAVANCEERDE ANTI-SCHERPTE
GEAVANCEERDE ANTI-SCHERPTE
Z
Selecteer AAN om geavanceerde anti-scherpte in
stand R (P 22) in te schakelen.
b GEZICHTSDETECTIE
GEZICHTSDETECTIE
b
[STD]
[STD]
Bepaal of de camera automatisch de scherpstelling
en belichting instelt bij het maken van portretfoto's
(P 48).
[STD]
[STD]
n GEZICHTSHERKENNING
GEZICHTSHERKENNING
n
Voeg portretonderwerpen toe aan de database
[STD]
[STD]
voor gezichtsherkenning. Deze onderwerpen krij-
gen bij intelligente gezichtsdetectie prioriteit en
tijdens het afspelen kan informatie over deze on-
derwerpen worden weergegeven, waaronder hun
[STD]
[STD]
namen (P 49).
De menu's gebruiken: Opnamestanden
[UIT]
[UIT]
81