3002451-2011-07-29
2. Installatie
2.1 Installatie van het controlepaneel
Het controlepaneel dient op een vlakke ondergrond gemonteerd te worden, met een minimale
afstand van 100mm tot elke hoek.
Het controlepaneel is te openen door een schroevendraaier Hiertoe dient u de schroevendraaier
aan de zijkant van de regelkast, in de hiervoor bestemde opening, te steken, en hem daarna een
kwartslag te draaien (zie tekening). De regelkast kan voorzichtig open geklapt worden, en het
montageframe kan op de wand bevestigd worden. Als optie kan een extra montageframe meege-
leverd worden.
Fig. 3
Opmerking
Het frontpaneel is middels een kabel aan het montageframe gemonteerd, waardoor het kastje aan
de rechterkant niet al te ver geopend kan worden.
De regelkast dekt een standaard inbouwdoos volledig af (inbouwdoos niet inbegrepen
in de levering).
Bij montage van een externe IR ontvanger mag het zwarte gedeelte van de kabel niet verbogen
worden (EFC25 toebehoren) (fig. 4).
Fig. 4
2.2 Voedingsspanning
!
De gehele installatie dient geinstalleerd te worden door vakbekwaam personeel
in overeenstemming met de plaatselijk geldende voorschriften.
• Tussen het regelsysteem en de ventilator moet een werkschakelaar toegepast
worden.
• Voor het plaatsen / monteren van de werkschakelaar dient u de voorschriften van
de ventilator te raadplegen.
• De werkschakelaar moet afzonderlijk besteld worden, aangezien dit geen stan-
daard onderdeel is van de exodraft leverantie.
• SMG klemmen 6 & 7 dienen alleen t.b.v. aansluiting van een door exodraft
geleverde gasklep.
Fig. 5
• Installatie van de voedingsspanning dient te geschieden volgens de plaatselijk
geldende voorschriften.
• De aarde aansluiting moet altijd aangesloten zijn.
110
65
NL
5