INHOUDSOPGAVE VOORWOORD ........................ 5 1.1. Over het apparaat ..........................5 1.2. Over dit document ..........................5 1.3. Software versie ........................... 5 1.4. Symbolen ............................5 VEILIGHEID ........................6 2.1. Veiligheidsinstructies ........................... 6 2.2. Gevarenwaarschuwingen ........................6 TOUCHSCREENBEDIENINGSUNIT ................7 3.1. Installatie .............................
Pagina 4
Disclaimer Deze gebruiksaanwijzing is met de grootst mogelijke zorgvuldigheid samengesteld. Wij werken er echter voortdurend aan om onze producten te verbeteren en behouden ons het recht voor om op elk moment zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen aan te brengen. Wij geven geen garantie voor de juistheid en volledigheid van dit document. Alle claims, in het bijzonder claims wegens schade, winstderving of financiële verliezen, zijn uitgesloten.
1. VOORWOORD 1.1. Over het apparaat Deze handleiding beschrijft de bediening van Spirotech-apparaten met ingebouwde touchscreenbedieningsunit en is een aanvulling op de betreffende apparaatspecifieke handleidingen. Dit document gaat uitsluitend over het gebruik van de touchscreenbedieningsunit. 1.2. Over dit document Lees vóór de installatie, inbedrijfstelling en bediening de instructies. Bewaar deze instructies voor toekomstig gebruik.
2. VEILIGHEID 2.1. Veiligheidsinstructies Deze veiligheidsinformatie waarschuwt de gebruiker voor risico's en geeft aan hoe deze risico's kunnen worden vermeden. 2.2. Gevarenwaarschuwingen De volgende toepassingen zijn uitdrukkelijk uitgesloten: • Gebruik in explosieve omgevingen • Buitengebruik • Gebruik in ruimtes met risico op waterspatten •...
3. TOUCHSCREENBEDIENINGSUNIT 3.1. Installatie De touchscreenbedieningsunit bestaat uit een behuizingseenheid met capacitief touchscreen en de geïntegreerde computer met gebruikerssoftware voor volledige functionaliteit van het apparaat. Afb.1: Touchscreenbedieningsunit - vooraanzicht Batterijtestpoort Metalen aardingsconnector (RS485-kabel) Beschermkap Afb.2: Touchscreenbedieningsunit - achteraanzicht...
3.1.1. Elektrische aansluitingen (zie afbeelding 2, achteraanzicht) 1. USB-interface Aansluiting voor USB-geheugenstick voor het installeren van software-updates, het opslaan van apparaatinstellingen etc. 2. SD CARD-sleuf Momenteel niet in gebruik 3. ETHERNET-interface Verbinding met een netwerk. Momenteel niet in gebruik. 4. RS485-communicatie-interface Systeembusinterface, aansluiting op de basisprintplaat van het MultiControl-apparaat.
Het touchscreen is onderverdeeld in twee basissecties 1 … Systeembalk en menubalk 2 … Weergavesectie en instellingensectie 3.2.1. Systeembalk Systeembalk maakt deel uit van het startscherm of weergaveniveau. Hiermee kunnen belangrijke systeemopdrachten worden uitgevoerd en systeemrelevante informatie worden weergegeven. Apparaatfunctie activeren (drukbehoudsysteem aan/uit) Weekdag Huidige instellingenniveau Apparaatstatus...
Pagina 10
Huidig instellingenniveau / Codeselectie invoeren: Weergave van het huidige instellingsniveau (2 … Instellingenniveau 2, 3 … Instellingenniveau 3, …). Met de toetsen verschijnt het menu "Code invoeren" voor het activeren van hogere instelniveaus. Instellingenniveau 2 = Standaard instellingenniveau, geen activeringscode vereist Instellingenniveau 3, 4, …...
Pagina 11
3.2.3. Startscherm Bij het opstarten van de touchscreenbedieningsunit verschijnt direct het startscherm. Het geeft de belangrijkste apparaatgegevens weer in meerdere vooraf gedefinieerde weergavevelden. Het startscherm strekt zich uit over het gehele display van het touchscreen. Het af fabriek voorgedefinieerde startscherm kan worden aangepast aan de individuele wensen van de systeemgebruiker (zie instellingenniveau, instellingen).
4. WEERGAVENIVEAU Het weergaveniveau wordt gebruikt om metingen en bedrijfsomstandigheden weer te geven. Als u omhoog veegt, worden de afzonderlijke categorieën van het weergaveniveau weergegeven, afhankelijk van het startscherm (drukbehoud, bijvullen, enz.). Afb.7: Weergaveniveau 4.1. Velden weergeven Als u op een categorie tikt, worden de weergavevelden ervan geopend. Weergavevelden die zich tot voorbij het weergavegedeelte uitstrekken, worden opgeroepen door naar boven te vegen.
Pagina 15
│ ├── MCA bedrijfsfase │ ├── Bijvulling totale hoeveelheid (totaal) │ ├── Bijvulling resthoeveelheid │ ├── Bijvulling resterende tijd (tijdgecontroleerd) │ ├── Resterende bijvulduur │ └── Modus bijvulling ├── Ontgassen │ ├── Actuele bedrijfsfase (groep) │ │ ├── Fase ontgassing │...
Pagina 16
│ │ ├── Minimale temperatuur T1 │ │ ├── Minimale temperatuur T1 gemeten op │ │ ├── Minimale temperatuur T1 voor het laatst gereset op │ │ ├── Maximale temperatuur T1 │ │ ├── Maximale temperatuur T1 gemeten op │ │...
Pagina 17
│ │ ├── Aantal keren blokkeertemperatuur T1 niet bereikt voor het laatst gereset op │ │ ├── Bedrijfstijd T1 < blokkeertemperatuur │ │ └── Bedrijfstijd T1 < blokkeertemperatuur T1 voor het laatst gereset op │ ├── Temperatuurmeting T1 > Grenstemperatuur (groep) │...
LEGENDE VOOR DE OPMERKINGEN Alleen met geactiveerde ontgassing Alleen bij model Duo of Maxi (zonder bypass) Alleen met geactiveerd EMCF bijvulmodule Alleen met actieve snelle ontgassing Bedrijfsmodus volgens "Instellingen" menu Alleen met geactiveerde waterbehandeling Afhankelijk van geselecteerde bedrijfsmodus Alleen met geactiveerd SMS-Module alleen met "Ingeschakeld door tijdsprogramma"...
Pagina 19
Niveau bron Huidige bron voor niveau. Er vindt alleen een weergave plaats als niveau L2 in het menu "Apparaat-setup" is geactiveerd. Niveau L1 … niveau voor eerste schip Niveau L2 … niveau voor tweede schip Niveau L1 Huidig niveau in het 1e vat (uitgerust hoofdvat met MultiControl, compacte apparaten of eerste EP(X)-R met MultiControl modulaire apparaten).
"Gespreide modus" (fabrieksinstelling) … De eerste klep gaat afhankelijk van de druk open. De tweede neemt het over bij een fout, maar opent ook afhankelijk van de druk na een vertraging. "Parallelle modus" … Beide kleppen gaan altijd tegelijkertijd open. "Redundantiemodus"...
Pagina 21
"---" …geen resterende tijd effectief "00:00:27 u:m:s" … resterende tijd effectief1) Afhankelijk van de status van de bijvulling heeft de resterende tijd verschillende betekenissen. Met de status "Geblokkeerd (tijd)" betekent dit dat er binnen een minuut na het einde van de laatste bijvulprocedure opnieuw een bijvulprocedure wordt aangevraagd.
Bijvul bedrijfsmodus Weergave van de bedrijfsmodus die is geconfigureerd voor de bijvulling volgens het menu "Instellingen" - "Hoeveelheidsgestuurd" (fabrieksinstelling) - "Tijdgestuurd" 4.4.3. Weergaveniveau -> Bijvullen MCA -> (alleen bij EMCA-apparaten) MCA bedrijfsmodus Weergave van de huidige operationele status van het EMCA-apparaat. "Contactgeregeld"...
Pagina 23
"Uit" "Bijvullen" "Circuleren" "Pauze circuleren" "Geblokkeerd" "Afsluiter openen" "Afsluiter sluiten" Totaal bijgevuld (Totaal) Weergave van de totale tot nu toe bijgevulde hoeveelheid. Resterende hoeveelheid bijvulling Weergave van de waterhoeveelheid die sinds de laatste hoeveelheidbevestiging nog beschikbaar is. Resterende bijvullingstijd (tijdgestuurd) Weergave van de resterende hoeveelheid bijvulling binnen de weergegeven resterende tijd.
Pagina 24
"Ontgassen" … Ontgassingscyclus actief "Openende klep" … het openen van de klep voor ontgassing "Openingsventiel (drukontlasting)" (alleen bij installaties met ontgassingsmodule) Resterende tijd voor de huidige operationele status van ontgassing Weergave van de resterende tijd voor de huidige ontgassingsbedrijfsstatus. Snelle ontgassing Resterende tijd voor de huidige operationele status van snelle ontgassing Weergave van hoe lang de snelle ontgassing nog actief zal zijn, totdat er weer automatisch wordt overgeschakeld naar de normale ontgassing.
Pagina 25
Opmerking Monitoring zichtbaar vanaf Instellingenniveau 3 Grenswaarde geconfigureerd De juiste status van de toezicht houden (in het voorbeeld de systeemdruk is gedaald onder 2,0 bar en geactiveerd a waarschuwing) Afb.10: Weergaveniveau -> Monitoring -> 4.4.6. Weergaveniveau -> Statistieken -> Weergave van bedrijfsuren, piekwaarden, dieptepunten etc. Biedt de mogelijkheid tot gerichte monitoring van specifieke operationele omstandigheden via gedefinieerde tijdsintervallen (resetbaar).
Pagina 26
Externe vrijgave (vrijgavecontact) Weergave van de actuele status van het vrijgavecontact (weergave alleen als in het apparaat-setup-menu het item " Extern meldcontact (digitale ingang)" is geactiveerd). "Geblokkeerd" … Functie van het apparaat via vrijgavecontact geblokkeerd. "Vrijgegeven" … Functie van het apparaat is via vrijgavecontact vrijgegeven. Externe speling (Busmodule/Webmodule) Weergave van de huidige status van de apparaatvrijgave via Busmodule/Webmodule (weergave alleen als de items "Inkomende gegevens verwerken"...
5. INSTELLINGEN SECTIE 5.1. Algemeen ... Menu button Als u op de menuknop in de systeembalk tikt, gaat u naar het instellingengedeelte. Afhankelijk van de activeringscode maakt het instellingengedeelte het instellen van de taal, het verwijderen van acties, het implementeren van instellingen, de handmatige modus (overschrijven) en het aanpassen van de systeeminstellingen mogelijk.
Pagina 28
INSTELLINGEN OPM. ├── Taal ├── Acties │ ├── Eenmalige vulling │ ├── Stop met het eenmalige vullen │ ├── Begin met snel ontgassen │ ├── Stop met snel ontgassen │ ├── Hoeveelheid bijvullen opnieuw instellen │ ├── Waterbereidingspatroon vervangen 2, 11 │...
LEGENDE VOOR DE OPMERKINGEN Alleen met model Duo of Maxi Alleen met geactiveerde waterbereiding Alleen met geactiveerde EMCF-bijvulmodule Alleen met geactiveerd SMS-module Bedrijfsmodus volgens "Instellingen" menu Alleen als ten minste 1 waarde wordt bewaakt Afhankelijk van geselecteerde bedrijfsmodus Alleen met TopControl Alleen met "ingeschakeld door tijdprogramma"...
5.3.3. Instellingenniveau -> Instellingen -> 5.3.3.1. Drukbehoud Werkdruk Het instellen van de benodigde werkdruk moet afhankelijk van het apparaattype anders worden geïmplementeerd. Voor een beschrijving zie het hoofdstuk "Inbedrijfstelling" in de machinehandleiding voor het betreffende apparaattype. Bedrijfsmodus voor pompen Bij dubbelpompsystemen (Duo- en Maxi-modellen) kunnen de volgende bedrijfsmodi worden geselecteerd: - "Alleen pomp 1"...
- "Redundantiemodus" De eerste klep gaat afhankelijk van de druk open. De tweede neemt het over bij een fout, maar gaat niet open afhankelijk van de druk. - "Gespreide modus" (fabrieksinstelling (FS)) De eerste klep gaat afhankelijk van de druk open. De tweede neemt het over bij een fout, maar opent ook afhankelijk van de druk na een vertraging.
- "Hoeveelheid gecontroleerd" (fabrieksinstelling) Er is een gedefinieerde hoeveelheid bijvulling (zie "Maximale hoeveelheid bijvulling") beschikbaar. Zodra deze is opgebruikt, wordt de foutmelding S26 geactiveerd en wordt de bijvulling vergrendeld. - "Tijdgestuurd" Binnen het tijdsinterval "bijvulintervalduur voor hoeveelheid" is de bijvulhoeveelheid "Maximale bijvulhoeveelheid" beschikbaar.
- "Drukgecontroleerd" Wordt gebruikt in combinatie met een bijtank. De bijvulprocedure wordt gestart wanneer de druk onder het geconfigureerde instelpunt daalt. Handmatige bovenste werkdruk Instellen van het verschil tussen de handmatig geconfigureerde bovenste werkdruk en de pompactiveringsdruk (onderste werkdruk). Verschil in werkdruk Instellen van het verschil tussen de handmatig geconfigureerde bovenste werkdruk en de pompactiveringsdruk (onderste werkdruk).
Snelle ontgassingscyclusduur Ontgassingsperiode tijdens snelle ontgassing Snelle ontgassingsduur Tijd voor hoe lang de snelle ontgassing actief blijft (fabrieksinstelling: 48 uur) 5.3.3.5. Toezicht houden Mogelijkheid om maximale en minimale grenswaarden in te voeren voor de betreffende meetwaarden. Een waarschuwing geactiveerd bij over- of onderschrijding. (Fabrieksinstelling: er vindt geen monitoring plaats) 5.3.3.6.
- MWE12 Waterontharding - MVE2 Ontzilting - MVE4 Ontzilting - MVE14 Ontzilting Ontgassen Afhankelijk van het apparaatmodel zijn de volgende instellingen mogelijk. - Niet uitgerust - Pompontgassing - Ventielontgassing - Ontgassingsmodule Uitbreidingsmodule voor binaire signalering uitgerust (alleen met ingebouwde module) - Niet uitgerust (fabrieksinstelling) - Zonder bevestiging op afstand - Met bevestiging op afstand...
Pagina 38
- Niet uitgerust (fabrieksinstelling) - Uitgerust Extern instelpunt (analoge ingang) (Alleen met TopControl) - Niet uitgerust (fabrieksinstelling) - Uitgerust 1) Gelijktijdig gebruik van de functies "Niveau L2" en "Extern setpoint" is niet mogelijk. Als "Niveau L2" actief is en vervolgens "Extern Setpoint" wordt geactiveerd, wordt "Niveau L2" automatisch uitgeschakeld ("niet uitgerust").
Pagina 39
Uit een groot aantal keuzemogelijkheden kunnen in het startscherm in totaal zes (6) weergavevelden worden geconfigureerd. Het rangschikken van de velden gebeurt door de posities als volgt te verplaatsen: - Houd het te verplaatsen weergaveveld ingedrukt. - Na een korte periode (ca. 1 sec.) wordt dit weergaveveld van de oorspronkelijke positie verwijderd en kan nu naar de gewenste positie worden verplaatst - Door het weergaveveld los te laten, wordt het in de nieuwe positie gefixeerd - De oorspronkelijke positie wordt ingevuld door een volgend weergaveveld...
Pagina 40
Afb.14: Actieve screensaver met storing of storings- en alarmmelding 5.3.4. Instelniveau -> Handmatige modus (overschrijven) -> In de handmatige modus (override) kan de functie van het apparaat worden overbrugd en kunnen individuele uitgangen worden ingevoerd. De handmatige modus (override) is bedoeld voor test- en servicedoeleinden! Instellingen die in de handmatige modus (override) worden uitgevoerd (bijv.
- "Test" Uitgang kan tijdens testbedrijf worden geactiveerd. Door op de testknop te drukken wordt de uitgang ingeschakeld; Door deze los te laten, wordt de uitgang onmiddellijk weer uitgeschakeld. Binaire signalen Individuele binaire signaaluitgangen kunnen handmatig worden geactiveerd voor test- of onderhoudsdoeleinden. Instelmogelijkheden: Auto, Handmatig, Test.
Pagina 42
Een tijdprogramma instellen: - Open het tijdprogramma-instellingenmenu (bijv. Menu -> Instellingen -> Ontgassen -> Tijdprogramma). Afb.15: Menu voor het instellen van het tijdprogramma - Selecteer dag(en) (bijv. ma, di, etc.)) geselecteerde dagen worden in kleur vastgelegd Selecteer dagen Afb.16: Selecteer dag(en) voor het tijdprogramma - Blokken instellen (Blok 1, Blok 2, Blok 3) Selecteer het aan te maken blok door in te toetsen (bijvoorbeeld Blok 1).
Pagina 43
Selecteer blok Afb.17: : Tijdprogrammablokken instellen De inschakeltijden van dit blok kunnen nu grofweg worden ingesteld door de schuifregelaar voor vooraf geselecteerde dagen te verplaatsen. Fijnafstelling van de tijd gebeurt door op de knoppen "-" of "+" te tikken. Blok geselecteerd Schuifregelaar Kleine aanpassing Afb.18:...
Pagina 44
Tijd invoeren Afb.19: Tijd invoeren voor tijdprogramma Bevestig de tijdinvoer met "OK".Als er meer dan één tijdsblok nodig is voor de vooraf geselecteerde dagen, kunnen waar nodig blokken 2 en 3 worden gedefinieerd. Het instellen van verdere tijdprogramma's in het tijdprogrammamenu gebeurt door op "Een ander tijdprogramma configureren +"...
Pagina 45
Tijd programma al toegewezen Dagen voor verdere programma's nog beschikbaar Afb.21: Beschikbare tijden voor het tijdprogramma Alle tijdprogramma-instellingen worden bevestigd met "OK" Veranderingen ongedaan maken Bevestig de ingevoerde instellingen Afb.22: Tijdprogramma-instellingen toepassen "RESET" verwijdert alle wijzigingen die zijn doorgevoerd sinds het betreffende venster werd geopend.
WAARSCHUWINGEN EN FOUTMELDINGEN Zodra er minimaal één waarschuwing en/of foutmelding is geactiveerd, wordt deze als apparaatstatus in de systeembalk weergegeven. Apparaatstatus: Geen melding! Geen symbool: geen meldingen! Waarschuwing aanwezig! Gele driehoek: Minstens één waarschuwing geactiveerd! Fout, of fout en waarschuwing aanwezig! Rode driehoek: Minstens één foutmelding geactiveerd! Daarnaast kunnen één of meer waarschuwingen worden geactiveerd.
Logboek Afb.23: Gebeurtenislogboek Het vermelden van de meldingen vindt plaats na het moment waarop ze zijn geactiveerd. Dit is onderdeel van de melding en wordt samen met de datum en tijd weergegeven. Nieuwe meldingen worden altijd bovenaan vermeld, ongeacht of het een fout of een waarschuwing betreft. Elke melding in het gebeurtenislogboek bevat: - Meldingsnummer (bijvoorbeeld S16, W06, etc.) - Symbool (gele of rode driehoek met uitroepteken)
Melding Beschrijving van de melding Informatie over foutcorrectie Afb.25: Gedetailleerde weergave van een melding 6.3. Bevestigen (verwijderen) van meldingen Door op de knop met het vinkje in een melding te tikken, wordt juist deze melding bevestigd (Bevestigen = Verwijderen/Resetten). Als de oorzaak van de fout niet vóór de bevestiging wordt verholpen, verschijnt de melding na een korte vertraging opnieuw.
Bevestiging van deze individuele melding Bevestigen van alle meldingen Afb.26: Bevestigen van alle meldingen Het erkennen van waarschuwingen en foutmeldingen zonder voorafgaande correctie van de fout kan schade veroorzaken. 6.4. Waarschuwingen Waarschuwingen geven aan dat er snel iets opgemerkt en onderzocht moet worden. Met waarschuwingen blijft de normale werking van het systeem gegarandeerd, maar als er binnen afzienbare tijd geen actie wordt ondernomen, zal dit waarschijnlijk resulteren in problemen en functiestoringen.
Pagina 50
Monitoring: Lmax boven. Ingebouwde monitoring is Deze melding is puur adviserend geactiveerd: de geconfigureerde en beïnvloedt de functie van het maximale vatniveau is apparaat niet. Controleer de overschreden. geconfigureerde limietwaarde waar nodig. Monitoring: Lmin onder. Ingebouwde monitoring is Deze melding is puur adviserend geactiveerd: het vatwater is onder en beïnvloedt de functie van het het ingestelde minimumniveau...
Pagina 51
Resthoeveelheid bijvulling minder De resterende hoeveelheid voor Deze melding is puur adviserend dan 20%. bijvulling is 20% of minder. en beïnvloedt de functie van het apparaat niet. Controleer of het waterverbruik binnen het normale bereik van het systeem valt. Alleen als het verbruik oké...
6.5. Foutmeldingen Als er foutmeldingen openstaan, is een feilloze werking van het systeem niet meer verzekerd. De fout moet onmiddellijk worden verholpen! Als u niets doet, kan dit leiden tot schade aan het apparaat zelf en aan het gehele systeem! 6.5.1.
Pagina 53
Maximale looptijd pomp 1 Wanneer pomp 1 start, begint - Controleer of er een permanente overschreden. een timeout, waarin de pomp de verlaging van de systeemdruk systeemdruk moet kunnen optreedt. verhogen tot het punt waarop - Configuratie van de bovenste de pomp stopt.
Pagina 54
Zender PL1u gemeten signaal te Meetignaal van drukzender PL1u - Aansluiting van drukzender hoog. (vatdruk onderkant) ligt boven het incorrect of beschadigd normale geldige bereik. - Drukzender defect. - Meetinvoer van basisprintplaat defect. Zender PL1u meet te laag signaal. Meetignaalsignaal van drukzender - Druksensor is losgekoppeld PL1u (vessel pressure bottom) - Verbinding van druksensor...
Pagina 55
Temperatuursensor T2 kortsluit- De weerstand van de sensor is - Sensoraansluiting is kortgesloten ing. te laag en valt onder het geldige of beschadigd bereik. - Sensorelement is defect. Temperatuursensor T2 losgekop- De weerstand van de sensor is te - Onjuiste aansluiting peld.
Pagina 56
Zender PL2o gemeten signaal te Metingssignaal van drukzender - Drukzender is losgekoppeld laag. PL2o (drukvat boven) ligt onder - Verbinding van drukzender de normaal geldige bereik. incorrect of beschadigd - Drukzender defect - Meetinvoer van basisprintplaat defect. Zender PL2u gemeten signaal te Metingssignaal van drukzender - Verbinding van drukzender hoog.
Pagina 57
Extern setpunt gemeten signaal Metingssignaal van het externe - Signaal van het externe setpunt te laag. setpunt ligt onder de normaal is te klein (<4 mA) geldige bereik. - Verbindingskabel (bijv. van bovenliggend besturingssysteem) is incorrect of beschadigd - Meetinvoer van basisprintplaat defect.
7. REINIGING EN ONDERHOUD 7.1. Touchscreenbedieningsunit reinigen Voor het reinigen van de touchscreens wordt aanbevolen de stroom uit te schakelen. Anders reageert het touchscreen op contact en kan er een ongewenste handeling worden geactiveerd. Gebruik nooit oplosmiddelen, schuurmiddelen of schuursponsjes om het touchscreen schoon te maken. Deze kunnen leiden tot schade aan het touchscreen-oppervlak! Gebruik voor het reinigen een zachte doek die licht bevochtigd kan worden met water of een mild schoonmaakmiddel.
Pagina 60
Geen enkel onderdeel van deze handleiding mag Postbus 207 gedupliceerd en/of openbaar gemaakt via internet, 5700 AE Helmond, NL door middel van druk, fotokopie, microfilm of in op T +31 (0)492 578 989 enige andere wijze zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Spirotech bv www.spirotech.nl / www.spirotech.be...