F. Testen
1. Inspecteer de warmtepomp voor gebruik
a.
De ventilatie werkt naar behoren en wordt niet belemmerd.
b.
Het is verboden de koelleiding of componenten in een corrosieve omgeving te installeren.
c.
Inspecteer de elektrische bedrading op basis van het elektrische bedradingsschema en de
aardaansluiting.
d.
Check tweemaal dat de hoofdschakelaar van de warmtepomp uit staat.
e.
Inspecteer de temperatuurinstelling.
f.
Inspecteer de luchtinlaat en -uitlaat.
2. Lekkage detectie en werkwijze
gebruikt. Vermijd het gebruik van chloor omdat het chloor kan reageren met het
koelmiddel,waardoor de koperen buis wordt aangetast.
d.
Maak de warmtepomp en haar buizen volledig schoon vóór de bevestiging. Bevestiging van de
warmtepomp kan alleen worden uitgevoerd door professioneel personeel.
e.
Stop het gebruik bij gaslekkage en neem direct contact op met uw professionele dealer.
3. Testen
a.
De gebruiker moet de pomp opstarten voordat de warmtepomp wordt opgestart. De
warmtepomp moet worden uitgeschakeld voordat de pomp wordt uitgeschakeld. Anders raakt
de warmtepomp beschadigd.
b.
Controleer op waterlekkage voordat u de warmtepomp start. Stel de temperatuur in en zet de
warmtepomp aan.
c.
Om de zwembadwarmtepomp te beschermen, is de warmtepomp uitgerust met een vertraging.
De ventilator van de warmtepomp start namelijk 1 minuut eerder met draaien dan dat de
warmtecompressor start. De ventilator stopt 1 minuut later dan de compressor wanneer de
warmtepomp wordt uitgeschakeld.
d.
Gelieve na het opstarten van de warmtepomp kort controleren of er geen ongewone geluiden
uit komen.
a.
Lekkagecontrole is verboden in een afgesloten ruimte.
b.
Open vuur is verboden tijdens de lekinspectie. Een halogenidetoorts (of een
andere detector die een open vlam gebruikt) mag niet worden gebruikt.
c.
Lek detectievloeistoffen kunnen met de meeste koelmiddelen worden
13