contact met de huid. Volg de veiligheidsin-
structies van de leverancier van het materiaal
op.
8.
Breng het zaagblad niet tot stilstand door
zijdelings op het zaagblad te drukken.
9.
Gebruik geen slijpschijven.
10. Gebruik uitsluitend een zaagblad met een
diameter die is aangegeven op het gereed-
schap of vermeld in de gebruiksaanwijzing.
Het gebruik van een zaagblad met een verkeerde
afmeting kan de goede bescherming van het
zaagblad of de werking van de beschermkap
negatief beïnvloeden, waardoor ernstig persoon-
lijk letsel kan ontstaan.
11.
Houd het zaagblad scherp en schoon. Gom of
hars dat op het zaagblad is opgedroogd vertraagt
het zaagblad en verhoogt de kans op terugslag.
Houd het zaagblad schoon door dit eerst van het
gereedschap te demonteren en het vervolgens
schoon te maken met een reinigingsmiddel voor
gom en hars, heet water of kerosine. Gebruik
nooit benzine.
12. Draag een stofmasker en gehoorbescherming
tijdens gebruik van het gereedschap.
13. Gebruik altijd het zaagblad dat is bedoeld voor
zagen in het materiaal waarin u gaat zagen.
14. Gebruik altijd een zaagblad dat is gemarkeerd
met een toerental dat gelijk is aan of hoger is
dan het toerental dat is aangegeven op het
gereedschap.
15. (Alleen voor Europese landen)
Gebruik altijd een zaagblad dat voldoet aan
EN847-1, indien bedoeld voor hout en daarmee
gelijk te stellen materialen.
16. Plaats het gereedschap en de onderdelen op
een vlakke en stabiele ondergrond. Anders kan
het gereedschap of kunnen de onderdelen eraf
vallen en letsel veroorzaken.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES.
WAARSCHUWING:
door een vals gevoel van comfort en bekendheid
met het gereedschap (na veelvuldig gebruik)
en neem alle veiligheidsvoorschriften van het
betreffende gereedschap altijd strikt in acht.
VERKEERD GEBRUIK of het niet naleven van de
veiligheidsvoorschriften in deze gebruiksaanwij-
zing kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel.
BESCHRIJVING VAN DE
FUNCTIES
LET OP:
Controleer altijd of het gereedschap
is uitgeschakeld en de stekker ervan uit het stop-
contact is verwijderd alvorens de functies op het
gereedschap te controleren of af te stellen.
Laat u NIET misleiden
De zaagdiepte instellen
LET OP:
Nadat u de zaagdiepte hebt inge-
steld, zet u de hendel altijd stevig vast.
Draai de hendel op de dieptegeleider los en verstel
de zool omhoog of omlaag. Zet de zool vast op de
gewenste zaagdiepte door de hendel vast te draaien.
Voor een schonere, veiligere zaagsnede, stelt u de
zaagdiepte zodanig in dat niet meer dan een tand-
hoogte door het werkstuk heen steekt. Door de zaag-
diepte goed in te stellen, verkleint u de kans op een
potentieel gevaarlijke TERUGSLAG, en daarmee op
persoonlijk letsel.
► Fig.7: 1. Hendel
Schuine zaagsnede
► Fig.8: 1. Klembout
2. Schuine-zaagsnedeschaalplaat
► Fig.9: 1. Klembout
Draai de klembouten los. Kantel om de gewenste hoek
(0° - 45°) in te stellen en draai dan de klembouten weer
stevig vast.
Zichtlijn
Voor recht zagen lijnt u de positie 0° op de voorkant
van de zool uit met de zaaglijn. Voor een schuine zaag-
snede onder een hoek van 45°, gebruikt u hiervoor de
45°-stand.
► Fig.10: 1. Zaaglijn (0°-stand) 2. Zaaglijn (45°-stand)
De trekkerschakelaar gebruiken
WAARSCHUWING:
dat u de stekker in het stopcontact steekt, of de
trekkerschakelaar op de juiste manier schakelt en
weer terugkeert naar de uit-stand nadat deze is
losgelaten.
WAARSCHUWING:
grendelknop buiten werking stellen door hem met
tape vast te zetten of iets dergelijks. Een schake-
laar met een buiten werking gestelde uit-vergrendel-
knop, kan leiden tot onbedoeld inschakelen en ernstig
persoonlijk letsel.
WAARSCHUWING:
schap NOOIT als het start door alleen maar de
trekkerschakelaar in te knijpen zonder de uit-ver-
grendelknop in te drukken. Een schakelaar die
moet worden gerepareerd, kan leiden tot onbedoeld
inschakelen en ernstig persoonlijk letsel. Stuur het
gereedschap op naar een Makita-servicecentrum
voor reparatie ZONDER het verder te gebruiken.
► Fig.11: 1. Trekkerschakelaar 2. Uit-vergrendelknop
Om te voorkomen dat de trekkerschakelaar per ongeluk
wordt ingeknepen, is een uit-vergrendelknop aange-
bracht. Om het gereedschap te starten, drukt u de
uit-vergrendelknop in en knijpt u de trekkerschakelaar
in. Laat de trekkerschakelaar los om te stoppen.
36 NEDERLANDS
Controleer altijd, voor-
U mag NOOIT de uit-ver-
Gebruik het gereed-