Inhoudsopgave
Advertenties
De afstandsbediening gebruiken │ 13
Vooruitknop
Knop Achteruit
Snelheidsknop
Indicator hoge snelheid
Indicator normale snelheid
Indicator lage snelheid
De batterijen in de controller plaatsen
Open het klepje van het batterijvakje aan de achterkant van de controller en
plaats twee AAA(LR03) batterijen.
HINT: Batterijen niet meegeleverd. Raadpleeg de informatie
over batterijen.
1. Verbinding maken
Druk 2 seconden op de Verbindingstoets, de statusindicator knippert, zet
vervolgens de aan/uit-schakelaar op het dashboard van het voertuig aan,
wanneer de statusindicator ongeveer 2 seconden dooft en overgaat in een
lange heldere kleur, betekent dit dat de verbinding tot stand is gebracht. Als
de statusindicator niet reageert, is de verbinding mislukt. Vervang de
batterijen en probeer het opnieuw.
2. Remknop
Druk op de knop om het voertuig te stoppen, druk er nogmaals op om de
rem los te laten.
3. Snelheidsknop
Met deze schakelaar kan het voertuig op lage, normale of hoge snelheid
rijden. HINT: Deze schakelaar werkt niet wanneer uw voertuig achteruit rijdt.
OPMERKING:
• Laat de afstandsbediening ongeveer 10 seconden stationair draaien, dan
schakelt hij automatisch uit.
• Herbouw de verbinding wanneer u de batterijen van de afstandsbediening
vervangt.
154
Verbinden knop
Rem knop
Knop rechts
Knop Links
Opladen │ 14
WAARSCHUWING!
ALLEEN EEN VOLWASSENE KAN DE BATTERIJ OPLADEN!
WAARSCHUWING!
Dit product heeft een oplaadbeveiliging: tijdens het opladen worden alle
functies uitgeschakeld! Alleen een volwassene kan de batterij opladen!
• De AAN/UIT-schakelaar moet tijdens het opladen op OFF staan.
• Voor het eerste gebruik moet je de batterij 4-6 uur opladen. Laad de batterij
niet langer dan 10 uur op om oververhitting van de lader te voorkomen.
• Laad de accu op als het voertuig langzaam begint te rijden.
• Na elk gebruik of eenmaal per maand minimaal 8 tot 12 uur opladen,
maximaal 20 uur.
• Gebruik alleen de oplaadbare batterij en oplader die bij uw voertuig zijn
geleverd. Vervang de batterij of de lader NOOIT door een batterij van een
ander merk. Het gebruik van een andere batterij of oplader kan brand of een
explosie veroorzaken.
• Gebruik de batterij of lader niet voor een ander product.
De batterij opladen
1. Open het oplaaddeksel (onder het zadel). Steek de stekker van de
oplader in het stopcontact.
2. Steek de stekker van de oplader in een stopcontact. De batterij begint op
te laden.
155
Advertenties
Inhoudsopgave
