4. INSTALLATIEDETAILS
De installateur is verantwoordelijk voor de keuze van een volgens de specifieke situatie en voor de
regelgeving geschikte kabeldikte & veiligheidscomponenten;
Bekabelingsadvies*
Afmeting
stroomkabel
Aardingsadvies*
Vereiste nominale
ingangsspanning bij
laadpaal
Overstroom-
beveiliging
Aardlekbeveiliging
Load Shedding
module (7,4kW)
Load Shedding
module (11kW)
5 draads Ø 1,5mm
2
accessoirekabel
voor EV- en ZE-
Ready installatie
*
De installateur is steeds verantwoordelijk voor de keuze van een volgens de specifieke situatie en voor de
regelgeving geschikte kabeldikte;
** 3-fasen laadpunt kan ook worden aangesloten op monofase. In dit geval kan het laadpunt alleen op monofase
worden aangesloten;
*** De installateur moet een geschikte overstroombeveiliging met C-karakteristiek selecteren die overeenkomt met
de ampère-instelling van het laadpunt, rekening houdend met de specificaties van de overstroombeveiliging-
fabrikant en de EV-Ready richtlijnen;
OPMERKING: Het laadpunt kan worden ingesteld tussen 16A / 20A / 25A en 32A (afhankelijk van de uitvoering),
zie hoofdstuk 6.
INSTALLATIEHANDLEIDING – P12
INSTALLATIEHANDLEIDING – P12 | P12
- Houd bij het aanleggen van bedrading altijd het maximale ampèrage van de
hardware bij continue belasting aan.
- Berekenen met een COS-Phi van 0,8
- Berekenen met een maximaal toelaatbare spanningsverlies over de kabel van 2%
- Gebruik voor ondergrondse bedrading een afgeschermde kabel
Afmetingen van de kabeldoorvoeringen
Maximum kabel klemblok
TN-systeem
TT-systeem
Monofase**
Driefasig**
C-karakteristiek***
30mA type B, of 30mA type A (Hi, Hpi, Si) in combinatie met geschikte apparatuur die
stroomuitval bij DC-lek van meer dan 6mA garandeert
Standaardkabel van 2x 1,5 mm
Met een maximale lengte van 100 meter
Standaard CAT5- of CAT6-ethernetkabel (UTP-kabel met rechte RJ12 6P6C-
connectoren). Met een maximale lengte van 100 meter
- L1, L2, L3, N + PE;
L1 en N voor het aansluiten van de shunt
L2 en L3 voor aansluiting van het AAN/UIT-pieksignaal
- Sluit PE altijd aan op de klemmen van het laadpunt en op de meterkast.
- Gebruik een beveiligde kabel voor ondergrondse bekabeling
VERSION 0129NM02INT01
0520NM19INT05
Ø 10 mm - Ø 22,5 mm
10mm
masieve draad
2
6mm
flexibele draad met adereindhulzen
2
PE-kabel (PEN leidingen niet toegestaan)
Afzonderlijk geïnstalleerde aardelektrode
< 100 Ohm spreidingsweerstand
230 V+N +/-10% 50 Hz
400 V (3 x 230 V+N) +/-10% 50 Hz
2