Inhoudsopgave
Advertenties
Meetmodus omschakelen
Naast de temperatuur op de meetvlek, kunnen in de
meetwaardeweergave 2 (18) de actuele waarden voor
dauwpunttemperatuur, omgevingstemperatuur en relatieve
luchtvochtigheid worden weergegeven. Ga als volgt te werk,
voor het wijzigen van de meetmodus:
1. Druk meerdere keren op de toets MODE (6), tot de
gewenste indicatie (10, 12 of 20) verschijnt.
ð Indicatie DP (20): De meetwaardeweergave 2 toont de
actuele dauwpunttemperatuur.
ð Indicatie AT (10): De meetwaardeweergave 2 toont de
actuele omgevingstemperatuur.
ð Indicatie %RH (12): De meetwaardeweergave 2 toont de
actuele relatieve luchtvochtigheid.
Laserpointer in- / uitschakelen
De laserpointer is vanuit de fabriek uitgeschakeld.
Waarschuwing voor laserstralen
Houd er rekening mee dat bij een ingeschakelde laser
de laserpointer wordt ingeschakeld zodra u op de
toets Meting (3) drukt en zo het apparaat inschakelt.
Waarschuwing voor laserstralen
Klasse 2 laserstraling.
Klasse 2 lasers stralen alleen binnen het zichtbare
bereik en geven bij puntbedrijf (langer aanhoudende
straal) maximaal 1 milliwatt (mW) vermogen af. Bij
langer direct in de laserstraal kijken (meer dan
0,25 seconden) kan netvliesschade ontstaan.
Voorkom direct in de laserstraal kijken. Kijk niet met
optische hulpmiddelen in de laserstraal. Onderdruk het
reflexmatig sluiten van de oogleden bij het onbedoeld
in de laserstraal kijken niet. Richt de laserstraal niet op
mensen of dieren.
1. Druk op de toets Laser (7).
ð De indicatie Laser (11) verschijnt.
ð De laser (1) is ingeschakeld.
2. Druk opnieuw op de toets Laser, voor het uitschakelen van
de laser.
ð De laser is uitgeschakeld.
ð De indicatie Laser (11) verdwijnt.
Info
Het apparaat onthoudt de gekozen instelling bij het
uitschakelen.
NL
HOLD-functie gebruiken
U kunt de laatst gemeten waarden vasthouden op het display.
1. Een meting uitvoeren.
2. Druk op de toets Meting (3).
ð Is de laser ingeschakeld, wordt deze nu uitgeschakeld.
ð De laatst gemeten waarden worden permanent
weergegeven in de meetwaardeweergaven 1 (16)
en 2 (18).
3. Druk opnieuw kort op de toets Meting
ð Het apparaat schakelt weer om naar de meetmodus.
ð Was de laser vóór het gebruik van de HOLD-functie
ingeschakeld, wordt deze nu opnieuw ingeschakeld.
Temperatuureenheid omschakelen
1. Druk op de toets Temperatuureenheid (5) voor het
omschakelen van de eenheid voor alle
temperatuurmeetwaarden.
ð De gekozen eenheid wordt door de indicatie
Temperatuureenheid (14) weergegeven.
Alarm in- / uitschakelen
1. De toets Temperatuureenheid (5) ca. 3 seconden ingedrukt
houden.
ð Een akoestisch signaal klinkt.
ð Bij de indicatie Alarmtoon (19) verschijnt het
symbool
ð De alarmtoon is ingeschakeld.
2. De toets Temperatuureenheid opnieuw ca. 3 seconden
ingedrukt houden.
ð Bij de indicatie Alarmtoon verschijnt het symbool
ð De alarmtoon is uitgeschakeld.
Apparaat uitschakelen
Let op
Het apparaat schakelt in de meetmodus automatisch
uit als het 15 minuten niet wordt gebruikt.
Bij geactiveerde indicatie HOLD (9), schakelt het
apparaat automatisch uit als het een minuut niet wordt
gebruikt.
1. De toets Meting (3) in een willekeurige meetmodus ca.
3 seconden ingedrukt houden.
ð Het apparaat wordt uitgeschakeld.
dauwpuntscanner BP25
.
.
7
Advertenties
Inhoudsopgave
