12 TeChnIsChe gegevens
12.1 omgevingsomstandigheden
IJsvorming, condensatie en condensatiewater in en
aan het apparaat is niet toegestaan.
Direct zonlicht of straling van gloeiende oppervlakken
op het apparaat voorkomen. Max. medium- en om-
gevingstemperatuur in acht nemen!
Corrosieve invloeden, bijv. een zilte omgevingslucht
of SO
, vermijden.
2
Het apparaat mag alleen in gesloten ruimtes/gebou-
wen opgeslagen/ingebouwd worden.
Het apparaat is geschikt voor een maximale plaat-
singshoogte van 2000 m boven zeeniveau.
Omgevingstemperatuur: -20 tot +60°C (-4 tot
+140°F), geen condensatie toegestaan.
Continubedrijf bij hoge omgevingstemperaturen
versnelt de veroudering van het elastomeermateriaal
en vermindert de levensduur (neem contact op met
de fabrikant).
Opslagtemperatuur = transporttemperatuur: -20 tot
+40°C (-4 tot +104°F).
Beschermingswijze: IP 65.
Het apparaat is niet geschikt voor reiniging met een
hogedrukreiniger en/of reinigingsmiddelen.
12.2 Mechanische gegevens
Gassoorten: aardgas, lpg (gasvormig), biogas (max.
0,1 vol.-% H
S) of schone lucht; andere gassen op
2
aanvraag. Het gas moet onder alle temperatuurcon-
dities schoon en droog zijn en mag niet condense-
ren.
Temperatuur van het medium = omgevingstempe-
ratuur.
CE-, UL- en FM-goedgekeurd, max. inlaatdruk p
500 mbar (7,25 psig).
FM-goedgekeurd, non operational pressure:
700 mbar (10 psig).
ANSI/CSA-goedgekeurd: 350 mbar (5 psig).
De hoeveelheidsregeling beperkt de maximale door-
stroomhoeveelheid tussen ca. 20 en 100%.
Instelling van de hoeveelheid startgas: 0 tot ca. 70%.
Openingstijden:
VAS../N snel openend: < 1 s;
VAS../L langzaam openend tot max. 10 s.
Sluittijd:
VAS../N, VAS../L snel sluitend: < 1 s.
Schakelfrequentie:
VAS../N: willekeurig, max. 30 x per minuut.
VAS../L: max. 2 x per minuut. Tussen uit- en
inschakelen moeten 20 s liggen, zodat de demping
volledig werkzaam is.
Veiligheidsklep:
klasse A, groep 2 volgens EN 13611 en EN 161,
Factory Mutual (FM) Research klasse: 7400 en 7411,
ANSI Z21.21 en CSA 6.5.
Klephuis: aluminium, klepafdichting: NBR.
Aansluitflenzen:
tot uitvoering 3: met binnendraad Rp volgens
ISO 7-1, NPT volgens ANSI/ASME;
vanaf uitvoering 2: met ISO-flens PN 16 (conform
ISO 7005),
vanaf uitvoering 6: met ANSI-flens conform
ANSI 150.
Kabelwartel: M20 x 1,5.
Elektrische aansluiting: leiding met max. 2,5 mm
(AWG 12) of stekker met contrastekker conform
EN 175301-803.
Inschakelduur: 100%.
Vermogensfactor van de magneetspoel:
cos φ = 0,9.
12.2.1 aanhaalkoppel
Aanbevolen aanhaalkoppels voor de verbindings-
techniek:
verbindingstechniek
VAx 1: M5
VAx 2: M6
VAx 3: M8
12.3 elektrische gegevens vas 1–3/vCs 1–3
Netspanning:
230 V~, +10/-15 %, 50/60 Hz;
200 V~, +10/-15 %, 50/60 Hz;
120 V~, +10/-15 %, 50/60 Hz;
100 V~, +10/-15 %, 50/60 Hz;
24 V=, ±20 %.
Opgenomen vermogen:
Type
:
u
VAS 1
VAS 1
VAS 1
VAS 1
VAS 1
VAS 2,
VAS 3
VAS 2,
VAS 3
VAS 2,
VAS 3
VAS 2,
VAS 3
VAS 2,
VAS 3
VBY
VBY
VBY
NL-14
spanning
vermogen
24 V=
25 W
100 V~
25 W (26 VA)
120 V~
25 W (26 VA)
200 V~
25 W (26 VA)
230 V~
25 W (26 VA)
24 V=
36 W
100 V~
36 W (40 VA)
120 V~
40 W (44 VA)
200 V~
40 W (44 VA)
230 V~
40 W (44 VA)
24 V=
120 V~
230 V~
9,5 W
2
aanhaal-
koppel
[ncm]
500 ± 50
800 ± 50
1400 ± 100
8 W
8 W