Wanneer u beelden maakt of de sluiterknop half indrukt, zouden er roodachtige
strepen kunnen verschijnen op de LCD-monitor. Anders kan er een gedeelte of
de hele LCD-monitor roodachtig worden.
•
Dit is een kenmerk van CCDs en het verschijnt wanneer het
onderwerp een fel gedeelte heeft. Sommige oneffenheden kunnen
zich voordoen in de omliggende zones, maar dit is geen storing.
Dit wordt opgenomen in bewegende beelden maar wordt niet
opgenomen op stilstaande beelden.
•
Het wordt aangeraden dat u beelden maakt terwijl u erop let het
scherm niet bloot te stelen aan zonlicht of een andere bron van fel
licht.
Opnemen van bewegende beelden stopt halverwege.
•
Gebruik een kaart met SD-snelheidsklasses met "Class 4" of hoger wanneer u bewegende
beelden opneemt in [AVCHD]. Gebruik bovendien een kaart met een SD-snelheidsklasse
"Class 6" of hoger wanneer u video's opneemt in [Motion JPEG].
•
Afhankelijk van de kaart kan het opnemen halverwege stoppen.
> Als de opname van bewegend beeld stopt tijdens het gebruik van een kaart van minstens
"Class 4" of als u een kaart gebruikt die geformatteerd is op een PC of andere apparatuur,
is het schrijven van gegevens lager. In zulke gevallen, raden we aan dat u een back-up
maakt van de gegevens en vervolgens de kaart in dit apparaat formatteert (P45).
Het onderwerp kan niet vergrendeld worden. (AF-opsporing lukt niet)
•
Als het onderwerp andere kleuren heeft dan de omtrek, de AF-zone instellen op de voor het
onderwerp specifieke kleuren door die zone uit te lijnen met de AF-zone.
Het opgenomen beeld zou vervormd kunnen worden of er zou zich een kleur om
het onderwerp kunnen bevinden die er niet hoort.
•
Het is mogelijk dat het onderwerp enigszins vervorm is of dat de randen gekleurd worden,
afhankelijk van de zoomvergroting, wegens de kenmerken van de lens. De omlijningen van het
beeld zouden vervormd eruit kunnen zien omdat het perspectief verbeterd is wanneer de brede
hoek gebruikt is. Dit is geen storing.
Overige
Lens
- 148 -
(P48)