Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Vervang Componenten; Installatie Van Het Toebehoren; Can-Bus Toebehoren; Ems-Bus Voor Toebehoren - Bosch Compress 3400i AWS Installatiehandleiding

Binneneenheid voor lucht-water
Verberg thumbnails Zie ook voor Compress 3400i AWS:
Inhoudsopgave

Advertenties

8.2

Vervang componenten

Wanneer componenten moeten worden vervangen, waarvoor de binnen-
eenheid moet worden afgetapt en weer worden gevuld, de volgende
stappen uitvoeren:
1. Schakel de buiten- en binneneenheid uit.
2. Waarborg, dat het automatische ontluchtingsventiel VL1 open is.
3. Ventielen naar cv-installatie sluiten; deeltjesfilters SC1 en ventiel
VC3.
4. Sluit een slang aan op aftapkraan VA0 en leg het andere uiteinde naar
een afvoer. Open de kraan.
5. Wacht tot er geen water meer de afvoer instroomt.
6. Onderdelen vervangen.
7. Open de vulkraan VW2 om water de leiding in te laten, die naar de
warmtepomp gaat.
8. De vulprocedure net zo lang voortzetten tot uit de afvoer alleen water
naar buiten komt en de warmtepomp geen luchtbellen meer bevat.
9. Sluit de aftapkraan VA0 en vul de installatie tot op de manometer
GC1 2 bar wordt weergegeven.
10.Sluit de vulkraan VW2.
11.Sluit de voedingsspanning op de buiten- en binneneenheid weer aan.
12.Zorg ervoor, dat de cv-pomp PC1 draait.
13.Trek de PWM-aansluiting PC0 los van de primaire circulatiepomp
PC0, zodat deze met het maximale toerental werkt.
14.Activeer "Alleen bijverwarming" op de bedieningseenheid.
15.De druk moet 10 minuten lang gelijk blijven. Deactiveer pas dan op
de bedieningseenheid alleen de bijverwarming.
16.Aansluiting PC0 PWM-contact op de circulatiepomp.
17.Deeltjesfilter SC1 reinigen.
18.Open ventielen VC3 en SC1 van het verwarmingssysteem.
19.Controleer de druk op manometer GC1, bij een druk van minder dan
2 bar via de vulklep VW2 bijvullen.
9

Installatie van het toebehoren

9.1

CAN-BUS toebehoren

Op de CAN-BUS aan te sluiten toebehoren worden parallel aangesloten
op de CAN-BUS-aansluiting voor de buiteneenheid op de installatieprint-
kaart in de binneneenheid. Toebehoren kan ook in serie met andere op
de CAN-BUS aangesloten eenheden worden aangesloten.
Bij toebehoren moeten alle 4 aansluitingen gebruikt worden. Sluit daar-
om ook de aansluiting "Out 12 V DC" op de installatiemodule aan.
Max. kabellengte 30 m
2
Minimumdiameter = 0,75 mm
9.2

EMS-BUS voor toebehoren

Voor toebehoren, dat op de EMS-BUS-BUS wordt aangesloten, geldt het
volgende (zie ook installatiehandleiding van het betreffende toebeho-
ren):
▶ Wanneer meerdere BUS-eenheden zijn geïnstalleerd, moeten deze
onderling een minimale afstand van 100 mm hebben.
▶ Wanneer meerdere BUS-eenheden zijn geïnstalleerd, moeten ze in
serie of stervormig worden aangesloten.
▶ Gebruik kabels met een minimale doorsnede van 0,5 mm
▶ Gebruik bij externe inductieve invloeden (bijvoorbeeld van FV-instal-
laties) afgeschermde kabels. Aard daarbij de afscherming aan
slechts één zijde aan de behuizing.
▶ Sluit de kabel op de installatiemodule op klem EMS-BUS aan.
Voer de aansluiting conform afb. 21 op dezelfde klem parallel uit wan-
neer op de EMS-aansluitklem al een bestanddeel is aangesloten.
Compress 3400i AWS – 6721827803 (2023/08)
Afb. 21 EMS-aansluiting op installatiemodule
9.3

Kamertemperatuurgestuurde regelaar

Wanneer de kamertemperatuurgestuurde regelaar na de inbedrijfstel-
ling van de installatie wordt geïnstalleerd, moet deze in het inbedrijfstel-
lingsmenu als bedieningseenheid voor cv-circuit 1 worden ingesteld (
handboek regelaar).
▶ Kamertemperatuurgestuurde regelaar overeenkomstig de handlei-
ding voor de kamertemperatuurgestuurde regelaar monteren.
▶ De keuze "Ext kamertemperatuurgestuurde regelaar" moet altijd op
"nee" worden ingesteld, zelfs wanneer een kamertemperatuurge-
stuurde regelaar is geïnstalleerd.
▶ Vóór de inbedrijfstelling van de installatie de kamertemperatuurge-
stuurde regelaar als afstandsbediening "Fb" instellen ( handleiding
van de kamertemperatuurgestuurde regelaar).
▶ Voer vóór de inbedrijfstelling van de installatie op de kamertempera-
tuurgestuurde regelaar eventueel de instelling voor het cv-circuit uit
( handboek van de kamertemperatuurgestuurde regelaar).
▶ Geef bij de inbedrijfstelling van de installatie aan, dat een kamertem-
peratuurgestuurde regelaar als bedieningseenheid voor cv-circuit 1
geïnstalleerd is ( handleiding van de regelaar).
▶ Voer de instellingen van de kamertemperatuur overeenkomstig de
handleiding van de regelaar uit.
9.4

Externe ingangen

Leg om inductieve invloeden te voorkomen alle laagspanningskabels
(meetstroom) met 100 mm minimale afstand tot stroomgeleidende
230 V- of 400 V-kabels.
Gebruik voor het verlengen van de kabels van temperatuursensoren de
volgende kabeldiameters:
2
.
• Tot 20 m kabellengte: 0,75 tot 1,50 mm
• Tot 30 m kabellengte: 1,0 tot 1,50 mm
Maximale belasting aan relaisuitgangen: 2 A, cosφ > 0,4. Bij een hogere
belasting is het gebruik van een tussenrelais nodig.
Installatie van het toebehoren
0010012105-002
2
2
25

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave