2.
Installatie
Statox 501 meetkoppen zijn geschikt voor muurbevestiging (zie afb.1 en 2)
en kunnen rechtsreeks aangesloten worden op een Statox 501 Controle
module. Om interferentie tegen te gaan dient de afscherming op een juiste
wijze te worden afgemonteerd.
Meetkop: afscherming in de wartel afmonteren.
Centrale: op de aardrail of in de wartel.
Hanteer locale voorschriften en regelgeving voor installatie van elektrische
apparatuur in Ex-zones. Monteer de meetkop in een rechte positie met de
sensor aan de onderzijde (+ / - 15°).
Belangrijk:
Gebruik alleen afgeschermde soepele kabel (EMC goedgekeurd).
3.
Statox 501 ExE HRC – LRC – ARE – LCIR
(Brandbare gassen en solventen)
3.1
Meetkop aansluiten
Statox ExE kunnen op 2 manieren worden aangesloten:
- 3-draads aansluiting: Voor kabellengtes tot 750 meter en kleine
- 5-draads aansluiting: Voor kabellengtes groter dan 750 meter of grote
Belangrijk:
- Het selecteren van een foutief programma kan de sensor beschadigen.
- Indien grote potentiaal verschillen aanwezig zijn, kan het beter
zijn de kabelafscherming te isoleren van de behuizing.
- Na installatie dient een Statox 501 ExE meetkop gekalibreerd te worden.
Rev.04: 03/2007
omgevingstemperatuur schommelingen.
Het spanningsverlies welke optreedt in de kabel,
kan gecompenseerd worden door een programma
met een hogere voedingspanning te selecteren
(zie 3.1.1).
omgevingstemperatuur schommelingen.
Bij deze installatie dient het basis programma van
de toegepaste meetkop geselecteerd te worden
(zie 3.1.2).
De
2
extra
kabeladers
voedingspanning over de sensor. Indien nodig
wordt deze automatisch gecorrigeerd.
Max. kabellengte bedraagt 3000m.
meten
continue
de