Snelstartgids
Profielpunt 1 tot 10 (P030 tot P039)
Deze parameters worden gebruikt voor het beschrijven van een onregelmatig gevormd
profiel voor het berekenen van de proceswaarde (PV) op basis van een live
niveaumeting.
Veldcommunicator of AMS
Het profielpunt weergeven of wijzigen:
1. Selecteer vanuit het Startscherm de optie
2: Configure
2. Selecteer
3. Selecteer
4. Selecteer
(niet-lineaire profielpunten instellen).
5. Selecteer een profielpunt, bijv.
Point1 P030
6. Voer een nieuwe waarde in en selecteer vervolgens "
7. Druk op "
Opmerking
De profielpuntparameters zijn alleen op een veldcommunicator toegankelijk als ze
voor een geselecteerd profiel nodig zijn. De punten kunnen alleen worden
gewijzigd als het profiel "Special Plotted" (speciale kromme) is geselecteerd.
Rosemount 3490-serie regeleenheid
Het profielpunt weergeven of wijzigen:
1. Selecteer op het scherm Hoofdmenu
de optie
CONFIGURATIE
2. Selecteer de transmitter (bijv. "
3. Selecteer
.
CURVE
4. Selecteer een profielpunt, bijv. "
5. Volg de aanwijzingen op het scherm om de nieuwe instelling te bewerken en op te
slaan. (Druk op de toets
te veranderen.)
6. Selecteer "
20
Zie
pagina 19
voor een voorbeeld van het gebruik van deze parameters.
(configureren).
2: Handmatige configuratie
.
3: Profileren
6: Plot Non-Linear Profile Points
(profielpunt 1 P030).
" om de transmitter bij te werken.
VERZENDEN
.
en selecteer dan
FUNCTIE
Enter
" (afsluiten) om terug te gaan naar het hoofdscherm.
Quit
Profile Point1 P030
10.000%
10.000%
.
1: Profile
").
Tx1: 3107
NLP
" (profielpunt 1).
Profile Pt. 1
(
) als u wordt gevraagd om de modus in "off-line"
December 2014
q
w
e
r
t
y
u
i
o
Lock
a
s
d
f
g
h
j
k
l
@ &
z
x
c
v
b
n
m
Shift
á ü
DEL
ESC
HELP
(Scherm veldcommunicator)
" om deze op te slaan.
ENTER
Profile Pt. 1
10.000%
Esc=Quit
(Scherm van Rosemount 3491)
/
7
7
7
*
.
-
4
4
4
FN
+
1
1
1
0
ENTER
=Edit