6. Bediening
6.1 Werken met de dompelzaag
•
Dompelzaag steeds goed vasthouden.
•
Geen geweld gebruiken! De dompelzaag licht
en gelijkmatig vooruit schuiven.
•
Het afvalstuk moet zich aan de rechterkant
van de dompelzaag bevinden, opdat het
brede deel van de steuntafel met zijn hele
vlak rust.
•
Indien u volgens een voorgetekende lijn
zaagt, dan leidt u de dompelzaag langs de
overeenkomstige geleiding (zie 5.5).
•
Kleine houten delen voor de bewerking vast
inspannen. Nooit met de hand vasthouden.
•
Veiligheidsinstructies absoluut in acht nemen!
Veiligheidsbril dragen!
•
Gebruik geen defecte zaagbladen of zaagbla-
den die scheuren en barstjes vertonen.
•
Gebruik geen flenzen/flensmoeren waarvan
de boring groter of kleiner is dan die van het
zaagblad.
•
Het zaagblad mag niet met de hand of door
zijdelingse druk op het zaagblad worden
afgeremd.
•
Vergewis u er vóór elk gebruik van de machi-
ne van dat de veiligheidsinrichtingen zoals
flenzen en verstelinrichtingen functioneren
resp. correct zijn ingesteld en vastgezet.
Opgelet! Vóór alle werkzaamheden aan de dom-
pelzaag de netstekker uit het stopcontact trekken!
6.2 Gebruik van de dompelzaag
•
Pas snijdiepte, snijhoek en parallelaanslag
aan (zie punt 5.1, 5.2 en 5.4).
•
Vergewis u ervan dat de Aan/Uit-schakelaar
(2) niet is ingedrukt. Verbind pas dan de
netstekker met een geschikte contactdoos.
•
Schakel de dompelzaag alleen in met gemon-
teerd zaagblad!
•
Plaats de zaagschoen vlak op het te bewer-
ken stuk. Het zaagblad mag het werkstuk niet
raken.
•
Houd de dompelzaag nu met beide handen
vast!
Anl_TE_PS_165_SPK9.indb 74
Anl_TE_PS_165_SPK9.indb 74
NL
6.3 In-/Uitschakelen (afbeelding 9)
Inschakelen:
Blokkeertoets (3) naar boven schuiven en dan de
Aan/Uit-schakelaar (2) indrukken.
•
Laat het zaagblad aanlopen tot het de volle
snelheid heeft bereikt. Leidt het zaagblad dan
behoedzaam langs de snijlijn. Oefen daarbij
slechts een lichte druk uit op het zaagblad.
Uitschakelen:
Grendelknop en AAN/UIT-schakelaar loslaten.
•
Bij het loslaten van de handgreep wordt de
machine automatisch uitgeschakeld zodat
onbedoeld draaien niet mogelijk is.
•
Let er goed op dat tijdens het werken de
ventilatieopeningen niet worden afgedekt of
verstopt geraken.
•
Rem het zaagblad na het uitschakelen niet af
door er zijdelings tegen te drukken.
•
Let op! Leg de machine pas neer nadat het
zaagblad helemaal tot stilstand is gekomen.
Let op! Proefsnede met een stuk afvalhout
uitvoeren.
6.4 Zaagblad wisselen (afbeelding 10-14)
Opgelet! Vóór alle werkzaamheden aan de dom-
pelzaag de netstekker uit het stopcontact trekken!
Gebruik uitsluitend zaagbladen die overeenko-
men met de norm EN 847-1 en die van hetzelfde
type zijn als het met deze handcirkelzaag meege-
leverde zaagblad. Vraag advies in de gespeciali-
seerde handel.
Om het zaagblad te verwisselen heeft u de mee-
geleverde zaagbladsleutel (14) nodig. De zaag-
bladsleutel (14) wordt bewaard in de behuizing.
Trek indien nodig de zaagbladsleutel (14) uit de
behuizing (zie fi g. 10).
Opgelet! Om veiligheidsredenen mag de dom-
pelzaag niet met ingestoken zaagbladsleutel (14)
worden ingezet.
•
Stel de grootst mogelijk snijdiepte in (zie punt
5.1)
•
Schuif de fixering voor de wissel van het
zaagblad (21) helemaal naar voor (afbeelding
11).
•
Schuif de blokkeertoets voor de Aan/Uit-
schakelaar (3) naar boven en druk de greep
naar beneden tot hij hoorbaar vastklikt (afbe-
elding 11). Het zaagblad blijft nu automatisch
in deze positie.
- 74 -
16.02.2018 09:56:27
16.02.2018 09:56:27