2. Plaats alleen de hoeveelheid papier die u denkt nodig te hebben.
3. Plaats het papier met de glanszijde of de te bedrukken zijde omlaag.
4. Selecteer op het bedieningspaneel het juiste papierformaat en de juiste papiersoort en -kleur:
• Zorg dat de papiersoort is ingesteld op G G l l a a n n z z e e n n d d . U selecteert een nieuwe papiersoort door S S o o o o r r t t te
selecteren.
• U selecteert een nieuw papierformaat door F F o o r r m m a a a a t t te selecteren.
• U selecteert een nieuwe papierkleur door K K l l e e u u r r te selecteren.
5. Selecteer B B e e v v e e s s t t i i g g e e n n om de instellingen te bevestigen.
T R A N S PA R A N T E N
Transparanten kunnen vanuit lade 1–5 worden bedrukt. Gebruik voor de beste resultaten uitsluitend aanbevolen
Xerox
®
-transparanten.
L L e e t t o o p p : :
De garantie, serviceovereenkomst en de Total Satisfaction Guarantee (volle-
tevredenheidsgarantie) van Xerox dekken geen schade die wordt veroorzaakt door het gebruik van
niet-ondersteund papier of speciale media. De Xerox Total Satisfaction Guarantee (volle-
tevredenheidsgarantie) is beschikbaar in de Verenigde Staten en Canada. Dekking buiten deze
gebieden kan variëren. Neem voor meer informatie contact op met uw plaatselijke vertegenwoordiger.
Richtlijnen voor het afdrukken op transparanten
• Verwijder al het papier voordat u transparanten in de lade plaatst.
• Houd transparanten met beide handen aan de zijkanten vast. Vingerafdrukken en kreukels kunnen de
oorzaak zijn van een verminderde afdrukkwaliteit.
• Plaats niet meer dan 20 transparanten. Als u te veel transparanten plaatst, kunnen er papierstoringen
optreden.
• Heldere transparanten of transparanten zonder strook:
–
Plaats transparanten met de te bedrukken zijde omhoog in lade 1-4.
–
Plaats transparanten met de te bedrukken zijde omlaag in de handmatige invoer.
• Transparanten met strook:
–
Transparanten met strook plaatst u met de strook omlaag langs de rechterachterrand in lade 1-4.
–
Transparanten met strook plaatst u met de strook omhoog langs de linkerachterrand in de handmatige
invoer.
• Waaier transparanten niet uit.
• Als u de transparanten hebt geplaatst, wijzigt u de papiersoort in T T r r a a n n s s p p a a r r a a n n t t e e n n op het bedieningspaneel.
• Selecteer in de software van de printerdriver T T r r a a n n s s p p a a r r a a n n t t als papiersoort.
Xerox
®
AltaLink
®
C80XX-serie multifunctionele kleurenprinter Gebruikershandleiding
Papier en ander afdrukmateriaal
219