Inhoudsopgave
Advertenties
HOE HET TOESTEL TE GEBRUIKEN – AUTORI-
SATIE EN INLOGGEN
Vereisten voor het gebruik van het apparaat
Voordat men het Pregnabit Pro apparaat kan gebruiken,
moet een account worden aangemaakt op het Pregnabit
platform. Een account kan zowel door de patiënte als door
medisch personeel aangemaakt worden. De patiënte moet
een gebruikersnaam en wachtwoord voorbereiden waar-
mee ze op het platform inlogt, of ze krijgt een PIN code
van medisch personeel. Deze zullen nodig zijn om in te
loggen op het Pregnabit Pro apparaat.
Als de patiënte het wachtwoord niet meer weet, kan ze
gebruik maken van de wachtwoord reset-optie op het Pre-
gnabit Pro apparaat of op het platform. Een gedetailleerde
instructie om het wachtwoord te resetten vindt men in het
gedeelte Inloggen. Als de patiënte de pincode niet meer
weet, moet ze contact opnemen met de zorgverlener die
haar het apparaat heeft meegegeven.
Belangrijk
Inloggen met een andere inlognaam en wachtwoord dan
de eigen is ten strengste verboden, want dat kan leiden tot
een verkeerde interpretatie van de onderzoeksresultaten
en een ernstig medisch risico inhouden.
We bevelen aan om tijdens het onderzoek je mobiele tele-
foon bij de hand te houden, zodat het medisch personeel
tijdens het onderzoek contact kan opnemen.
Het apparaat inschakelen
Het apparaat wordt aan- en uitgezet met de O toets aan de
linkerkant van het apparaat. Bij het inschakelen licht de golf
onder het apparaatscherm roze op en na ongeveer 30 secon-
den
Waarschuwing: als na het uitpakken blijkt dat
ver-
het apparaat beschadigd is of de set onvolledig
is, neem dan contact op met de bruikleengever
of de fabrikant.
schijnt het welkomstscherm. Vervolgens verschijnt het
inlogscherm.
Als de golf onder het scherm niet oplicht bij het inscha-
kelen, kan het zijn dat het apparaat helemaal ontladen
is, in welk geval het aan de lader moet worden aange-
sloten.
Bij het opstarten van het apparaat worden de verbin-
ding met het gsm netwerk, de status van het apparaat,
het oplaadniveau van de accu, de juiste werking en de
software versie gecontroleerd. Als er problemen zijn
met de werking van het apparaat, verschijnt daarover
informatie op het scherm. Lees de berichten en volg de
weergegeven instructies.
Verbinding met het gsm-netwerk.
Als de verbinding niet sterk/stabiel genoeg is, verschijnt
er een bericht op het scherm.
Verbinding met het wifi-netwerk
Het apparaat kan verbinding maken met een wifi-
netwerk, dat een alternatief is voor een gsm-
verbinding. Om verbinding te maken met een wifi-
netwerk, klik je op het wifi-pictogram links boven in het
scherm. Een venster met netwerkinstellingen verschijnt
op het scherm. Kies de AAN toets om naar netwerken
te zoeken. Het apparaat zoekt automatisch naar be-
schikbare netwerken. Kies het netwerk dat je wilt ge-
bruiken en voer het toegangswachtwoord in, indien
nodig. Bevestig je netwerkkeuze door op de knop VER-
BINDEN te klikken. Het gekozen netwerk is zichtbaar
als het huidige netwerk. Om de wifi-instellingen te ver-
laten, kies je de SLUITEN knop onderaan het scherm.
23
24
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
