4. Bediening
4.1 Functieblokkering
Bij de levering is het apparaat tegen ongewenst inscha-
kelen beschermd. Deze functieblokkering kunt u ook zelf
inschakelen, bijv. als het apparaat getransporteerd moet
worden.
Functieblokkering opheffen:
Plaats het apparaat in het aangesloten laadstation 8
of sluit het aan met het aansluitsnoer.
De laadindicatie 6 knippert eerst en brandt dan per-
manent.
De functieblokkering is opgeheven.
Functieblokkering inschakelen:
Druk opnieuw op de aan-/uitschakelaar 3 en houd
deze ca. 4 seconden ingedrukt, tot de laadindicatie 6
uit gaat.
Het bedienen van de aan-/uitschakelaar blijft nu zonder
werking.
116
4.2 Kabelwerking
Indien gewenst, bijv. als de accu niet of slechts zwak ge-
laden is, kunt u het apparaat ook met de kabel gebrui-
ken..
Steek de stekkeradapter 10 in
een stopcontact.
Trek de stekker van het aansluit-
snoer 11 uit het laadstation 8 en
steek het direct in het apparaat.
4.3 In- en uitschakelen
Om het apparaat in te schakelen,
drukt u op de aan-/
uitschakelaar 3.
Om het apparaat uit te schake-
len, drukt u opnieuw op de aan-
/uitschakelaar 3.