3
Ongeveer 5 seconden na het
inschakelen van het apparaat
verschijnen de volgende in-
dicaties in het display:
– de maximaal toegestane
belading voor het gemar-
keerde programma;
– de daadwerkelijke belading, deze wordt ook aangegeven door de balk
(beladingen onder 0,5kg worden niet weergegeven);
– en de dosering van het wasmiddel, met betrekking tot de hoeveel-
heid, die door de wasmiddelenfabrikant wordt aanbevolen.
Als er te veel wasgoed in de machine is gevuld, verschijnt in het display
de indicatie OVERBELADING. In dit geval dient u voldoende wasgoed uit
de machine te nemen.
Druk op een willekeurige toets of draai de draaiknop, om programma-
instellingen door te voeren.
Was-/nabehandelingsmiddel doseren
Let op! Gebruik alleen was-/nabehandelingsmiddel dat geschikt is voor
huishoud wasautomaten.
Was-/nabehandelingsmiddel doseren volgens de voorschriften van de
fabrikant van het was-/nabehandelingsmiddel. Neem de aanwijzingen
op de verpakking in acht.
De dosering is afhankelijk van:
– de mate van vervuiling van het wasgoed;
– de hoeveelheid wasgoed;
– de hardheid van het leidingwater.
Vanaf waterhardheid 2 (=middel) moet waterontharder worden ge-
bruikt. Wasmiddel kan dan altijd voor waterhardheid 1 (=zacht) worden
gedoseerd. Uw waterleidingbedrijf kan u informatie geven omtrent de
waterhardheid in uw omgeving.
18
FIJNE WAS 30°C
1000 TPM
11:25-12:36
##################======]
MAX. BELADING ¶¶¶¶¶¶3 KG
BELADING¶¶¶¶ ¶¶ ¶ ¶¶¶2 KG
WASMIDDEL ¶¶¶¶¶¶¶¶¶¶75 %
§