Opstel- en aansluitaanwijzing
1 Veiligheidsaanwijzingen voor de
installatie
• Deze wasautomaat is niet geschikt voor onderbouw.
• Voor de ingebruikname dient het apparaat op transportschade ge-
controleerd te worden. Een beschadigd apparaat in geen geval aan-
sluiten. Neem in geval van schade contact op met uw leverancier.
• Voor de ingebruikname dienen alle delen van de transportbeveiliging
verwijderd te zijn. Anders kan er bij het centrifugeren schade aan het
apparaat of aan naburige meubels ontstaan.
• Voor de inbedrijfname dient de spatwaterbeveiliging op het apparaat
tot stand gebracht te zijn (zie "Transportbeveiliging verwijderen").
• De stekker altijd in een volgens de voorschriften geïnstalleerd geaard
stopcontact steken.
• Bij een vaste aansluiting: Een vaste aansluiting mag uitsluitend door
een erkend vakman worden uitgevoerd.
• Controleer voor de ingebruikname of de op het typeplaatje van het
apparaat vermelde nominale spanning en stroomsoort met netspan-
ning en stroomsoort op de plaats van de opstelling overeenkomen.
Ook de elektrische zekering die nodig is kunt u van het typeplaatje
aflezen.
• Zijn voor de juiste wateraansluiting van de wasautomaat werkzaam-
heden aan de waterinstallatie noodzakelijk, dan moeten deze door
een erkend installateur worden uitgevoerd.
• Zijn voor de juiste elektrische aansluiting van de wasautomaat werk-
zaamheden aan het stroomnet noodzakelijk, dan moeten deze door
een erkend installateur worden uitgevoerd.
• Het aansluitsnoer van de wasautomaat mag uitsluitend door de servi-
ce-afdeling of een erkend vakman worden vervangen.
28