Inhoudsopgave
Advertenties
Beschikbare talen
Beschikbare talen
Voor alle andere informatie raadpleegt u de handleiding van de pomp en van de inverter.
8.1 ALGEMENE MAATREGELEN VOOR DE INSTALLATIE
Verwijder de afsluitdoppen aan de perszijde en de
aanzuigzijde alvorens het product aan te sluiten op
de leidingen
Installeer de elektropomp in een geventileerde omge-
ving, beschermd tegen weersinvloeden (regen, vorst
......).
De leidingen moeten zodanig groot zijn dat ze bestand
zijn tegen de maximale bedrijfsdruk van de pomp.
Zorg ervoor dat de som van het waterpeilverschil
/ aanzuigopening en het drukverlies door de
aanzuigleiding minder is dan de zuigcapaciteit van de
pomp. De watertemperatuur en de altimetrische waarde
hebben ook een negatief effect op de zuigcapaciteit van
de pomp. Als de som van de verschillende factoren die
tegen de zuigcapaciteit werken de zuigcapaciteit van de
pomp zelf overschrijdt, ontstaat het fenomeen cavitatie
dat de hydraulische prestaties in het gedrang brengt en
leidt tot schade aan enkele vitale delen van de pomp.
Specifieke informatie over hoe men controleert of de
pomp met cavitatie werkt, vindt u terug in het hoofdstuk
15.4 (handleiding).
8.2 AANSLUITSCHEMA
EVMS-K
6
NL
5
3
6
5
3
3E-K
36
2
3
1
4
3
6
7
2
7
3
1
4
3
6
1
Pomp met motor en - SM
2
Expansievat met membraan
3
On-off klep
4
Terugslagklep
5
Controle ontbreken water
6
Manometer
7
Drukoverbrenger
8
Afvoerkraantje
De gebruiker moet, indien mogelijk, een minimum drukschakelaar (aan-
zuigzijde) installeren, als de elektrische pomp rechtstreeks op het waterlei-
dingnet is aangesloten.
Kies een expansievat dat geschikt is voor de installatie. Het gebruik op de
toevoerleiding van de elektropomp van het expansievat, maakt het mogelijk
om de leidingen onder druk te houden wanneer het systeem niet wordt ge-
bruikt.
9. ELEKTRISCHE AANSLUITING
− DE ELEKTRISCHE AANSLUITING MAG UITSLUITEND WORDEN VER-
RICHT DOOR EEN GEKWALIFICEERD MONTEUR.
− WE RADEN U AAN, ZOWEL VOOR HET DRIEFASEMODEL ALS VOOR
HET EENFASEMODEL, EEN DIFFERENTIEELSCHAKELAAR TE INSTAL-
LEREN IN DE ELEKTRISCHE INSTALLATIE
Voor u overgaat tot de elektrische aansluiting dient u de informatie te raad-
plegen die zich bevindt in de handleiding van de pomp en van de inverter.
LET OP
De netvoeding dient een goed werkende aardinstallatie
te hebben volgens de geldende elektrische voorschrif-
8
ten in het land van installatie: dit is voor verantwoorde-
lijkheid van de installateur.
Gebruik een kabel die voldoet aan de normen die van
kracht zijn in uw land en de vereiste doorsnede hebben,
gezien de lengte, het geïnstalleerde vermogen en de
netspanning.
TIJDENS DE AANSLUITING MOET U ABSOLUUT VOORKOMEN DAT HET
KLEMMENBORD OF DE MOTOR NAT OF VOCHTIG RAKEN.
10. GEBRUIK, STARTEN EN DRAAIEN
8
LAAT DE ELEKTRISCHE POMP NOOIT ZONDER WATER FUNCTIONEREN:
DOOR HET ONTBREKEN VAN WATER WORDT ERNSTIGE SCHADE VER-
OORZAAKT AAN DE INTERNE COMPONENTEN.
10.1. ALGEMENE WAARSCHUWINGEN
a) Onze elektrische oppervlaktepompen zijn ontworpen om te werken op
plaatsen waar de omgevingstemperatuur niet hoger is dan 40°C en die
zich niet hoger bevinden dan 1000 m boven zeeniveau;
b ) onze elektrische pompen mogen niet worden gebruikt in zwembaden
of soortgelijke plaatsen;
c) de langdurige werking van de elektrische pomp met gesloten toevoer-
leiding kan ernstige schade veroorzaken door oververhitting;
d) zorg ervoor de pompmotor niet vaker dan 50.000 keer per jaar in- of uit
te schakelen. Meer dan 50.000 in- en uitschakelingen per jaar kunnen
de levensduur van de pomp verkorten en leiden tot een risico op voor-
tijdige defecten. Raadpleeg, voor wat betreft het maximale aantal per
uur, het hoofdstuk 7.2 (handleiding);
e) als er geen spanning is, is het een goed gebruik om het elektrische
voedingscircuit uit te schakelen;
f) selecteer de pomp zodat deze dicht bij het punt van maximaal rende-
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
