Functies van de toetsen
Enter: geeft een nieuwe regel bij tekstingave.
Backspace: wist bij ingave velden links van de cursor.
Letters: opent het telefoonboek op de betreffende plaats. Voor het ingeven
van namen en teksten.
Cijfers: dient voor het ingeven van cijfers en het kiezen van
..
telefoonnummers.
Functietoetsen: hier kunnen vermeldingen uit het telefoonboek rechtstreeks
worden opgeslagen. Bovendien kunt u veelgebruikte functies aan deze
toetsen toewijzen.
Lijsttoets: Voor het openen van diverse lijsten.
Mute-toets: schakelt de microfoon uit.
Nummerherhaling: de nummerherhaling van het laatst gekozen
telefoonnummer.
Luidspreker: het kiezen van een geselecteerd of ingegeven telefoonnummer.
Schakelt de handenvrij resp. de headset (aansluiting HS1) aan of uit.
Schakelt tijdens een gesprek met de hoorn over naar de meeluisterfunctie.
R-toets: flash- of hookflashfunctie. Dient bij gebruik achter een
telefooncentrale voor het doorverbinden. Activeert speciale functies op de
buitenlijn.
Spatietoets: voegt bij de tekstingave een spatie in.
Telefoonbeantwoorder: schakelt de telefoonbeantwoorder in of uit.
Alt en sterretje: activeert of deactiveert de toetsenblokkade.
en
5