Het toevalprogramma
Op onregelmatige tijdstippen wordt in- en uitgeschakeld.
Inschakelduur steeds 5 tot 60 minuten. Uitschakelduur 5 tot 30
minuten. De ingegeven schakeltijden worden daarbij gene-
geerd. Het toevalprogramma kan voor elke schakelgroep
gescheiden gekozen worden. Daartoe:
ingedrukt houden, dan toets
of
indrukken.
Beëindigen op dezelfde wijze.
Of
resp.
zo vaak indrukken tot schakelklokmodus
(zonder
) aangegeven wordt.
Qua tijd begrensd toevalprogramma
Hier wordt tussen twee vastgelegde tijden op onregelmatige
afstanden in- en uitgeschakeld. Daarvoor en daarna loopt het
normale schakelklokprogramma. Daartoe:
Schakeltijden ingeven / wijzigen zoals beschreven.
Bovendien voor de in- en uitschakeltijd
indrukken.
Daarmee zijn start- en eindtijd van het toevalprogramma
vastgelegd.
Beëindigen op dezelfde wijze. Dus
resp.
zo vaak
indrukken tot weer schakelklokmodus
(zonder
)
aangegeven wordt.
9